Nadat de kantonrechter het verhoor, dat de beklaagde A. bij de politie had afgelegd, met hem had doorgenomen, bevestigde hij dat dit op waarheid berust. In oktober 2014 heeft de beklaagde het slachtoffer J.W.van het leven beroofd, omdat het slachtoffer geen werk voor hem had. Volgens zijn verklaring, is hij op de bewuste dag naar de woning van het slachtoffer toegegaan, omdat hij had begrepen dat het slachtoffer een goed salaris genoot. Hij vroeg daarom of hij een baantje voor hem kon regelen. De aanleiding om de man van het leven te beroven, is geweest dat de man hem op een bepaalde manier heeft afgewezen. De man zou gezegd hebben, dat hij niet degene is die werk kan regelen voor hem. Ook vroeg hij hem om het terrein te verlaten, omdat hij naar het werk moest gaan en zijn woning dus zou sluiten. Dit irriteerde de beklaagde zodanig, dat hij het slachtoffer een paar keer met een stuk hout op het hoofd sloeg. Toen hij zag dat de man nog leefde, pakte hij een straattegel en sloeg meer dan vijftien keer op het hoofd van het slachtoffer. Toen hij merkte dat het slachtoffer niet meer bewoog, heeft hij zichzelf verschoond van het bloed dat op zijn lijf terecht was gekomen. Hierna dronk hij twee shots Johnny Walker. Op de vraag van de rechter, hoe hij zich voelt nu de man dood is en of hij spijt heeft, gaf de beklaagde geen antwoord. De familie van het overleden slachtoffer was aanwezig op de zitting. Zij gaven hun misnoegen over de snode daad te kennen. RaadsvrouweAmierkhan heeft het psychologisch rapport van haar cliënt nog niet ontvangen. Kantonrechter MaytrieKuldipsing, hoopt dit rapport op de zitting van 30 april te behandelen en de strafeis aan te kunnen horen.