ONGEGROND

Volkswijsheld leert dat iedere Surinamer recht heeft op een stukje grond. Een overtuiging die leeft, heerst en zit in het collectief (onder)bewustzijn van bijna iedere generatie Surinamers. Vaak wordt die roep boven tafel gehaald door politici of door beleidsmakers, door activisten of door grondaanvragers, door juristen of door studenten. De idee is enigszins uniek aan Suriname, maar toch vergelijkbaar met andere historische propagandaspreuken. Legionairs, de militaire nieuwkomers onder de Romeinse burgers, werden voor militaire dienst de belofte van grond in het vooruitzicht gesteld, met name in de jaren dat de expansie van Rome buiten Italië een vlucht nam. Voor Spanjaarden en Noord-Afrikanen, die van verslagene naar burger gerekruteerd werden binnen één of twee generaties, waren de rechten op een stukje land, betaalbaar meel en toegang tot spelen in de arena, reden om de leefwijze van de kolonisator te accepteren, in plaats van de eigen cultuur, stamgeschiedenis en overleveringen. Tijdens het schemerlicht van de slavernij in het zuiden van de Verenigde Staten, werd het vooruitzicht op ‘40 acres and a mule’, als rekruutmiddel ingezet om de gekleurde bevolking voor de Noorderlingen te laten kiezen. Een belofte die nooit ingelost is. Opeenvolgende revoluties in Latijns-Amerika hebben zich gemobiliseerd rond de gedachte dat ‘de grond toekomt aan wie hem bewerkt’.

Margaret Thatcher en Ronald Reagan reflecteerden in een verwrongen lachspiegel, de zogenaamde Property Owning Democracy, die de idee omkeerde. Niet iedere burger in een democratie had recht op onroerend goed. Nee, iedereen met onroerend goed was een verantwoordelijke betrokken democratische burger. Het huisbezit werd een streven, een klassemarkering en een politieke identiteit. Ook in Nederland werd huisbezit een streven, een klassemarkering en een politieke identiteit. Ook in Nederland waren het rechtse antwoord op woningnood, sociale huurperikelen en krakers, de starterswoning, het garantiefonds en de hypotheekrenteaftrek. Maar in deze ontwikkelde economieën, waar een begrotingstekort en staatsschuld begrepen worden als bedreigingen voor de stabiliteit van de munteenheid en de competitie met andere industriële landen, loopt niemand rond met de idee dat iedere Brit, Amerikaan of Hollander ‘recht heeft op een stukje grond’.

Onze Grondwet biedt die garantie niet. De bij decreet ingevoerde grondbeginselen geven iedere Surinamer de mogelijkheid op een aanvraag, maar geen garantie op toekenning. Een van de vele onwaarheden die door de huidige president tijdens zijn campagne verkondigd is, is dat dat wel zo was en dat hij er persoonlijk voor zou zorgen dat eenieder dat bij de rechter zou kunnen afdwingen. Daarnaast is de echte burger, de natuurlijke persoon, achter in de rij geraakt op (vaak genoeg buitenlands bestuurde) stichtingen en de plannen van bedrijfsmatige verkavelaars. De realiteit is, dat dit nooit het geval is geweest. Maar net als de onwaarheid dat ambtenaren juridisch moeilijk te ontslaan zijn, dient die onwaarheid een politiek doel. Het helpt zowel de toevallige coalitie als de toevallige oppositie. De coalitie heeft de vrije hand in uitgiften. De oppositie gemakkelijke kritiek op corruptie. En de golden oldie van de zwaaiende parlementariër bewapend met bereidverklaringen en perceelkaarten van schokkende grootte, de ontkennende minister en de teleurgestelde regeringsleider die verontwaardigd diepgaand onderzoek belooft en de doofpot al pruttelend klaar heeft staan, is zo oud als de partijpolitiek zelf.

De ingenieuze koehandelaren van de oude etnische politiek, die verkavelende verbroederaars verfijnden na de introductie van de grondbeginselen, hun eigen gierigheidsbegrenzers. Wie uitgeeft, mag niet registreren. Dus is er na de handtekeningenparade langs maar liefst zes verschillende bestuursorganen, met een strookje en een verdienmomentje voor het notariaat, wie ieder winstoogmerk vreemd is, daar het moment van registratie in het hypothecair register. Wettelijk ingevoerd in 1839 en gemoderniseerd, gedigitaliseerd en naar de beste standaarden van compliance en good governance, van toezicht, autonomie en budget, inspraak en tarifering voorzien in de Wet GLIS-MI 2009. Een parel van wetgeving en toelichting, tot stand gebracht onder een minister van Justitie voor wie geen reis te veel of te ver was, geen beleidsinnovatie te veel gevraagd, geen commissie te overbevolkt en geen Engelse term, niet voor saturatie onvatbaar. Drie keer raden naar de naam en het lot van deze veelbelovende (in ruime zin des woords) duizendpoot.

Zelf, toen en nu, niet onderbedeeld als het om grondbezit gaat. Ondanks een carrière met de overheid als enige werkgever ooit.

Het decennia oude ik geef en jij registreert, zou misschien niet optimaal werken tussen wantrouwend Oranje en Geel, dus werd betrouwbaar Groen verzocht, om technisch en integer, op de winkel te komen letten. Bewaarders bij GLIS-MI en GLIS-MI-landmeters, houden het doorgaans niet veel langer vol, dan dat ministers van Grondzaken (in de vele incarnaties) dat doen, maar de Raad van Toezicht en directie aldaar, hebben het inmiddels ruim een halve regeertermijn min of meer in het rodeozadel overleefd. Totdat minister Vorswijk kort geleden zichzelf een nieuwe bevoegdheid toekende en de directeur thuis probeerde te zetten. Met bijval in De Nationale Assemblee van de wantrouwige coalitiepartner.

Overigens zelf een fervent oppositionele perceelkaart wapperaar van weleer.

Opmerkelijk is dat degene, bij wet belast met de verantwoordelijkheid over dit alles, de president, zich in zwijgen en vaagheden hult.

En zo vastberaden als hij als vroedman van Wet GLIS-MI was, zo vol belofte als hij op het campagnespoor bevlogen over het onderwerp kon uitweiden, zo afwezig en passief is hij, terwijl de gewone burger wacht op het stukje grond, waar men meent recht op te hebben, de betaalbare grondconversie die regelgevend en beleidsmatig slordig en haastig is uitgerold en vooral op de samenstelling van een daadkrachtig team, op de plaatsen die rechtszekerheid en rechtsbescherming op dit onderdeel zouden kunnen garanderen.

 

R.B.

More
articles