Suriname roept hulp Nederland in voor aanpak wateroverlast

Suriname heeft Nederland om hulp gevraagd bij de aanpak van de zware overstromingsproblemen, waar het land al enige tijd mee te kampen heeft. RTL Nieuws meldt dat het tot nog toe niet duidelijk is, op welke manier Suriname hulp van Nederland wenst te krijgen. Verschillende gebieden in Suriname staan al wekenlang blank. President Chandrikapresad Santokhi, heeft onlangs zeven van de tien districten tot rampgebied verklaard.

Twee- tot driehonderd gezinnen hebben hulp nodig. Hun huizen staan onder water en de oogst is volledig verloren gegaan. Andere bewoners van het rampgebied zijn tijdelijk naar hogere gebieden gegaan of bij familie ingetrokken. In 2006, toen Suriname ook met zware overstromingen te maken had, verleende het Nederlandse leger hulp. Een transportschip van de Koninklijke Marine was toen tien dagen actief in het rampgebied.

Brazilië, Venezuela en Japan zijn inmiddels ingekomen met hulp in de vorm van helikopters, voedselpakketten, tenten en andere hulpgoederen. Ook de Caribbean Disaster Emergency Management Agency is in actie gekomen.

Het Nationaal Coördinatie Centrum voor Rampenbeheersing (NCCR) heeft de bedrijven die in de Surinaamse wateren naar olie zoeken, om hulp gevraagd. Suriname zelf heeft het leger, de brandweer, de politie en de Medische Zending ingeschakeld. De wateroverlast die nu al bijna drie maanden duurt, is het gevolg van grote hoeveelheden regen die Suriname de afgelopen tijd te verwerken heeft gekregen. Het gebrekkige onderhoud aan afwateringskanalen maakt het extra moeilijk om het vele water snel af te voeren. Volgens deskundigen kan de hevige regen nog wel tot augustus aanhouden.

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken, zegt aan RTL Nieuws, dat Nederland in nauw overleg is met Suriname, om te kijken waar en hoe Nederland het beste kan helpen. ‘’Suriname heeft aan meerdere landen hulp gevraagd en daarom is het van belang dat de Nederlandse hulp op de actuele vraag wordt afgestemd. Dat proces is op dit moment gaande‘’,  aldus het ministerie.

 

More
articles