‘Uitdaging om mensen aan te sporen’

Veiligheid is prioriteit

Minister Krishna Mathoera van Defensie heeft recentelijk verklaard, dat mensen van de COVID-19-pandemie beginnen te vervelen. Mathoera: “Wij weten dat geld heel erg belangrijk is.” Mensen willen werken, mensen willen hun zaken open doen, en ook gaan feesten. Mensen zoeken allerlei manieren om zich te onttrekken van de door de overheid gepropageerde regels en dat blijft volgens Mathoera, een grote uitdaging om de mensen te blijven aansporen en erop aan te dringen, de veiligheid op de eerste plaats te stellen. Mathoera zegt, dat de uitgestrektheid ook een aspect is waar rekening moet worden gehouden. “COVID-19 is niet alleen in Paramaribo, maar in alle districten en tot diep in het binnenland”, aldus de minister. Zij is voorst van mening, dat er nooit genoeg capaciteit zal zijn, om overal tegelijkertijd aanwezig te zijn. Dit vormt volgens de minister een provocatie. “Er moet dan gekeken worden, waar wij op dat moment wél moeten optreden en niet moeten optreden”, aldus Mathoera.  De minister zei dat er momenteel langs de Marowijnerivier, vijf controleposten zijn geïnstalleerd en dat er op de Corantijnrivier frequent patrouilles worden uitgevoerd. Mathoera benadrukte, dat het onmogelijk is om 24 uren lang patrouilles uit te voeren. Er is dus daarom besloten om steekproefsgewijs patrouilles uit te voeren en zoveel mogelijk de mensen te ontmoedigen, en zichtbaar te zijn, waardoor men dan preventief zal handelen. De minister zei, dat het verkeer te water in de Marowijnerivier, heel anders is dan in de Corantijnrivier. De bewindsvrouwe verklaarde, dat er bijna 80 korjaalvaarten zijn. Zo zijn er mensen die in Frans-Guyana wonen, maar een kostgrondje op de Surinaamse oever hebben.  Ook zijn er leerlingen die in Suriname wonen, maar op de Frans-Guyanese oever naar school gaan. Er wordt tegelijk veel handel gedreven. Mensen nemen COVID-19 dus niet ernstig genoeg. De minister is voorts van mening, dat als mensen de grenzen beter en aangepakt willen hebben, er dan met de lokale bevolking van Suriname en die aan de Franse kant gesproken moet worden. “De mens moet bewust gemaakt worden van de COVID-19 situatie”, aldus Mathoera. Er wordt volgens Mathoera overlegd met het ministerie van Financiën, het ministerie Buitenlandse Zaken, het ministerie van Economische zaken, het ministerie van Regionale Ontwikkeling, de Vertegenwoordigers van de Douane, het Korps Politie Suriname (KPS), en de district commissarissen.  Mathoera zegt, zodat wij een overtuigend beleid hebben, dat intussen ook met de fransen besproken wordt. Volgens Mathoera, wordt er afgestemd met alle belanghebbenden, hoe de grens nog beter bewaakt kan worden en de grenscontroles verder kunnen worden uitgevoerd.

 

More
articles