De cellenhuizen barsten uit hun voegen, de hygiënische situatie is slecht en daarom trekt het Openbaar Ministerie (OM) aan de bel, want er moet een oplossing komen. Het renoveren van een toiletgroep en wat reparatiewerkzaamheden hier en daar, zouden al heel veel verschil kunnen maken. Ook onderscheid tussen zware misdadigers en eenvoudige overtreders, is onder de huidige omstandigheden niet voldoende mogelijk. ‘Alternatieve afwikkelingsmanieren’ zoals waarschuwing, een boete of het thuis laten wachten op de strafzaak, vormen noodgedwongen een interim beleid.
De wetboeken van Strafrecht en Strafvordering hebben updates gehad op het gebied van stalking, economische delicten, cybercrime, maar hete hangijzers zoals een behoorlijke inrichting van taakstraffen, snelrecht en een scherper onderscheid tussen overtreding en misdrijf hadden de ontstane problemen gedeeltelijk kunnen voorkomen. Niet gewelddadige strafbare feiten die met drugs, in het bijzonder softdrugs te maken hebben, staan nauwelijks op de agenda als onderwerp van bespreking, terwijl de druk op capaciteit, gewelddadige misdrijven en zedendelicten toeneemt.
In een financiële crisis is de opvang van gevangenen nergens ter wereld bovenaan de agenda van de schatkist-verdelers. Het inzetten van de gevangenen zelf voor reparaties en onderhoudswerk is niet ongebruikelijk. Maar zelfs stiefkinderen verdienen van tijd tot tijd onderdak.
Het onderscheid tussen de uitvoerende macht en de staande magistratuur dient op niveau van grondrechten en de werking van het systeem een doel.
Maar wanneer de uitvoerende macht, inclusief de financiële zijde, de staande magistratuur compleet links laat liggen, wordt het werk dat bedoeld is om Suriname veilig te houden, onmogelijk. Daarnaast wordt het beleid onvoldoende gevormd door politicologen, bestuurskundigen, sociologen en psychologen en te eenzijdig door juristen. Het denk- en werkpatroon van gebeurtenissen, juridisch onderzoek, een afweging en een gevolg, leidt niet tot de sturende hand van statistieken, begrip van gedragswetenschap, inschatting van levensloop en wat we op ieder niveau en iedere leeftijd van onze medeburgers verwachten.
De noodkreet dient serieus genomen te worden. De quick wins die direct behaald kunnen worden, zijn nodig. Een beleidsmatige aanpak van de onderliggende problemen moet geformaliseerd worden. En het Flintstone idee van een grote uitgeholde steen met tralies, waar iedereen verstopt wordt, moet verworpen worden, voor een programma waarin reclassering en hervorming als serieuze en levensvatbare opties overwogen worden, terwijl effectieve tikken op de vingers, eenvoudige, menselijke misstappen corrigeren.