BACOVENWINKEL

Jarikaba was net als Mariënburg een van de laatste actieve plantages met werkelijke productie, in ons land dat royaal gezegend is met een vruchtbare kustvlakte. De grootschalige bananenlandbouw kon op afzet en export rekenen. En hoewel zeker geen goudmijn, hebben veel families bestaanszekerheid ontleend aan eerlijk werk. Met voedselprijzen wereldwijd de laatste decennia in een stabiele opwaartse lijn, werden pogingen gedaan met de Belgische fruitgigant

De Weide Blik, om de productie draaiend te houden via het lokale bedrijf Food Agriculture Industries (FAI). De noodlijdende entiteit Food Agriculture Industries (FAI) is moeizaam en in diepe schulden, nog actief in export in de regio. De gebruikte capaciteit en het aantal arbeidsplaatsen zijn een vergeten schaduw van de hoogtijdagen. En een kreupelende miljoenenschuld aan de Hakrinbank, die zwaar drukt op de solvabiliteit van de bank, zal nooit in volledigheid voldaan kunnen worden. De druk op de Hakrin-bank is groot om een significant verlies op het krediet te nemen en de bank verder te verzwakken.

De warme contacten tussen de top van de Hakrinbank en beleidsmakers bij operaties zoals PanAm, leiden vaak tot creatieve oplossingen, zoals nu ook weer de idee om van de grond en de schuld af te komen door het te slijten aan investeerders die samen met politici die willen scoren, brood zien in een nieuw droomproject, een nieuwe internationale luchthaven die er moet en zal komen. Een externe bankfinanciering zou een groep superinvesteerders, bekend van de mall aan de Ringweg, ‘Groep IMS’, in staat stellen het terrein van FAI te kopen, wat FAI in staat stelt de Hakrinbank voor een gezond gedeelte af te lossen en over te gaan tot liquidatie van haar landbouw- en exportactiviteiten, zonder de druk van een formeel faillissement onder het bewind van de regering Santokhi-Brunswijk.

Groep IMS en groep PanAm, zouden hun presidentieel gewaardeerde expertise op het gebied van vastgoedontwikkeling en van woningbouw, in PPP-verband kunnen inzetten, om een combinatie van een luchthaven, commercieel vastgoed en een woningbouwproject te realiseren.

En het stukje ‘publiek’ in PPP zou dan gefinancierd kunnen worden met middelen van een oude bekende: de obligatie marktmakers van Oppenheimer & Co, Inc. die, via weer een andere bekende ondernemer, met hun welgetelde derde financiering (in financiële kringen), Suriname, ondanks de lange adempauze, nog steeds niet oninteressant vindt.

De regering heeft niet onder stoelen of banken gestoken, dat de adempauze gekocht is met de vage belofte in de toekomst mee te profiteren van olieopbrengsten. Een club als de obligatiehouders is daar niet lang zoet mee en heeft een concrete eis op tafel gelegd.

Tot wel 30 procent van de inkomsten van Blok 58 moet gaan figureren in de zekerheid voor nakomen van de financiering van deze Jarikaba droom. In ruil daarvoor, wordt niet alleen de redding van een kwakkelende, steeds ongezondere Hakrinbank, waar de staat grootaandeelhouder is, haalbaar. Ook Zanderij naar internationaal niveau opknappen, wat een logische keuze zou moeten zijn, hoeft niet meer, terwijl (kies-)districten Saramacca en Wanica (Lelydorp), als ressorten, als kieskringen, als verzamelplaatsen van de achterban en als jarenlang doelwit van gronduitgiften aan zittende politici, een behoorlijke economische groei tegemoet mogen zien.

More
articles