In de gisteren gehouden persconferentie van president Santokhi en het Internationaal Monetaire Fonds (IMF), bood minister van Financiën Stanley Raghoebarsing, zijn verontschuldigingen, voor het ontstane ongerief waarmee journalisten op de uitnodiging vorige week vrijdag geconfronteerd raakten. De uitnodiging was uitgeschreven voor 13.30 uur.
Echter bij aankomst van de journalisten werd meegedeeld dat de persconferentie reeds was afgelopen. Op het ministerie van Financiën en Planning kon niemand op dat moment verklaren wat er mis was gegaan. De pers moest onverrichter zake vertrekken.
Gisteren heeft president Santokhi de pers wat informatie verschaft en later mocht de pers vragen stellen aan de minister van Financiën en het team van het IMF, de zogeheten IMF-review mission, met leden van de regering, waaronder de ministers Stanley Raghoebarsing, David Abiamofo, Albert Ramdin, vicepresident Brunswijk en president Santokhi.
Afonso Bevilaqua, Executive Director IMF, die Suriname in de board vertegenwoordigt, is optimistisch gestemd over het succesvol afronden van het IMF-programma in Suriname. Volgens hem is de Surinaamse economie zich aan het herstellen.
Financiënminister Raghoebarsing bevestigde op de persconferentie dat het IMF-programma voor Suriname in plaats van eind 2024, doorgaat tot maart 2025. Volgens hem is de verlenging, omdat anders de vereiste 3,7 procent die het volk zou moet opbrengen, een te zware belasting voor de inkomens, en uiteindelijk de afweging met het IMF heeft geleid tot 2,7 procent inplaats van de 1,7 procent die de regering had voorgesteld. Echter zal dit besluit maken dat het programma zal worden verlengd tot maart van het volgende jaar.
President Santokhi benadrukte verschillende positieve economische indicatoren, waaronder een gestabiliseerde wisselkoers, herstellende internationale reserves, de laatste fase van schuldsanering en een verschuiving van negatieve economische groei, naar een verwachte groei van 3 procent voor dit jaar. Daarnaast is de inflatie lager dan verwacht en is het vertrouwen in de Surinaamse dollar herstellende.
De president bevestigde dat met het IMF-team uit Washington regelmatig wordt bijgepraat door het landenteam onder leiding van Anastasia Guscina. Het doel van het bezoek van Kenji Okamura, de plaatsvervangende directeur van het IMF, is echter om getuige te zijn van de positieve resultaten die Suriname heeft bereikt en ook om vast te stellen, op welke gebieden het land nog hulp nodig heeft. President Santokhi is van mening dat het belang van het teruggeven aan de zwaarst getroffenen in de gemeenschap en sprak zijn verwachting uit voor verdere samenwerking en positieve resultaten in de relatie met het IMF.
Tijdens de briefing van de president, stelde hij Kenji Okamura, Deputy Manager Director van het IMF, voor aan de pers. Okamura zei in een verklaring, dat Suriname moet volhouden om de eerdergenoemde hervormingen die de IMF “review mission” gerealiseerd wilde zien, ook te bereiken. President Santokhi sprak over het belang van het bezoek van Okamura, aangezien het de eerste keer is dat zowel een plaatsvervangend directeur als een uitvoerend directeur van het IMF Suriname bezoeken. Hij benadrukte dat dit bezoek de samenwerking bevestigt tussen Suriname en het IMF via het Extended Fund Facility programma, dat zich richt op economisch herstel. De president erkende dat de Surinaamse economie in 2020 zwaar had geleden, wat leidde tot haar stap naar het IMF. Hij vond het noodzakelijk dat drastische maatregelen moesten worden genomen als antwoord op de rampzalige financiële, economische en monetaire situatie. Om deze uitdagingen aan te kunnen pakken, ontwikkelde Suriname een nationaal herstelprogramma. “De belangrijkste doelen van dit programma zijn het stabiliseren van de macro-economie, het herstructureren van binnenlandse en buitenlandse schulden, het herstellen van de economische groei en het uitvoeren van een sociaal programma”, aldus de president.
Het IMF speelt een cruciale rol in het herstelplan van Suriname. Het IMF verleent technische en financiële bijstand en expertise. Daarnaast ondersteunde het IMF Suriname bij het verkrijgen van steun van andere internationale financiële instellingen, zoals de Internationale Ontwikkelingsbank, de Wereldbank en de Caribbean Development Bank. Deze gezamenlijke inspanning is erop gericht, de pijn van het herstelproces te verlichten en de koopkracht van de beroepsbevolking te verbeteren. Verder wees Santokhi op het herstel van de lokale valuta van Suriname en verbeterde internationale kredietratings. Hij erkende dat het herstelproces niet gemakkelijk was geweest en een zware tol heeft geëist van de samenleving. Vertragingen bij de start van het IMF-programma en het besef dat het programma aanvankelijk te belastend was, waren uitdagingen die moesten worden overwonnen. Santokhi toonde zich echter optimistisch over de toekomst en benadrukte dat Suriname nu over de nodige middelen en financieringsmogelijkheden beschikt om de economische groei te bevorderen en het vertrouwen in de munt van het land te herstellen. De president wees tot slot op de samenwerking tussen Suriname en het IMF, door middel van het Extended Fund Facility programma, waarbij de nadruk rust op de inspanningen om economisch herstel te bewerkstelligen. De Extended Fund Facili-ty (EFF) verleent financiële bijstand aan landen die op de middellange termijn met ernstige betalingsbalansproblemen worden geconfronteerd als gevolg van structurele zwakheden, die tijd vergen om ze te verhelpen. Ondanks de uitdagingen, sprak de president zijn vertrouwen uit in de tot nu toe geboekte vooruitgang en schetste hij nadrukkelijk de positieve resultaten van het herstelprogramma.