WEDEROM JURISDICTIE

Zowel de Guyanese als de Surinaamse regering beijvert zich voor de bouw van een reusachtige brug over de Corantijn, om zo de beide landen te verbinden. Voor de bouw zijn de eerste schreden gezet door de ondertekening van een overeenkomst  tussen onze minister van Openbare Werken en zijn counterpart uit Guyana. Ee zullen na deze bijeenkomst en ondertekening, nog veel meer mededelingen gedaan moeten worden om meer te weten over wat er precies afgesproken is tussen de beide landen. Alles moet boven water, want de Surinaamse bevolking heeft het volle recht te weten hoe de vork in de steel zit met betrekking tot de bouw, de financiering en de bilaterale afspraken, die tot in de finesses vastgelegd dienen te worden, omdat wij allemaal weten, dat de Guyanezen vaak genoeg onbetrouwbaar zijn gebleken en meestal tot groot nadeel van ons land. Als we alleen maar kijken naar de visvergunningskwestie en dat men ons vanuit Georgetown, een oor tracht aan te naaien.

Voor ons blijkt een heikel punt de jurisdictie over de nog te bouwen enorme oeververbinding tussen de beide landen. Uit alles blijkt voor ons, dat de Guyanezen dit onmiskenbare belangrijke punt trachten te omzeilen en het als niet relevant trachten neer te zetten. De Corantijn is Surinaams territoir vanaf de oorsprong tot de monding in de Atlantische Oceaan en dat weten de Guyanezen heel goed, maar zij trachten daar een wending aan te geven en natuurlijk in hun voordeel.

De brug dient een totaal Surinaamse brug te worden waar wij alle zeggenschap over dienen te hebben. Wat zich op de brug voltrekt of het nou ongelukken, smokkel of wat dies meer zij, dient volgens alle Surinaamse wettelijke regels te worden afgehandeld en daar valt geen speld tussen te krijgen. We mogen de jurisdictie op de brug nooit en te nimmer uit handen geven aan de Guyanezen, hetgeen zou betekenen dat we niet langer erkennen dat de Corantijn een volledige Surinaamse rivier is en tot ons territoir behoort. De Guyanezen hebben aangehaald, dat over de bouw is gesproken, maar niet over de jurisdictie en daar ligt dat gevaarlijke en giftige addertje onder het gras voor ons land. Van meet af aan moet door Suriname gelijk worden gewezen op de jurisdictie, en daar dient alles schriftelijk en juridisch goed onderbouwd worden vastgelegd en door de Guyanezen onderschreven.  Indien de Guyanezen daar niet mede akkoord wensen te gaan, zal dan blijken dat ze een andere agenda hebben en het op de territoriale integriteit van de Corantijn als Surinaams grondgebied hebben gemunt.

Men wil namelijk naar hartenlust blijven rotzooien op deze rivier, van zandafgraving en illegale houtkap op de rechteroever tot het onbevoegd vis stropen. Het moet voor elke Surinamer duidelijk zijn, dat de Guyanezen het heel ongemakkelijk en zelfs vreselijk vinden, dat de Corantijn een totaal Surinaamse rivier is en dat ze daar niet voortdurend kunnen doen en laten wat ze maar willen.

Men moet in Georgetown geen moment trachten het bezit van de Corantijn als Surinaams grondgebied in twijfel te trekken door met fictieve data te strooien, waarbij de Corantijn niet aan ons land zou toebehoren. De regering Santokhi begaat  een enorme omissie door de kwestie van de jurisdictie niet als voornaam te zien of willen zien. Het zou landverraad betekenen als  we voor de Guyanezen de ruimte scheppen, in twijfel te gaan trekken of de Corantijn daadwerkelijk Surinaams territoir is. Om even terug te blikken in de historie, halen we voor de zoveelste keer het volgende over de grensrivier aan:  In het westen grenst Suriname aan het voormalige Brits Guyana, dat in 1966 staatkundig onafhankelijk werd van het Verenigd Koninkrijk.

De grens tussen Suriname en Guyana is van oudsher de linkeroever van de Corantijn. Deze grens is vastgelegd bij overeenkomst tussen de gouverneurs van Berbice en Suriname (repectievelijk Van Batenburg en Frederici in de jaren 1799-1800. Tot Suriname behoorde  namelijk nog een groot stuk land ten westen van de Corantijn. Bij de voormelde overeenkomst  tussen de beide gouverneurs werd bepaald dat al het land ten westen van de Corantijn, tot de Britse kolonie zou gaan behoren en de grens met Suriname de linkeroever van de Corantijn zou zijn van monding tot oorsprong.

De consequentie van deze grens is dat de Corantijn geen grensrivier, doch een  Surinaamse rivier is of anders gezegd: de Corantijn is een nationale rivier en wel geheel binnen Surinaams grondgebied en geen internationale rivier oftewel grensrivier.  De huidige Surinaamse regering dient met het voorgaande ernstig rekening te houden en de Guyanezen duidelijk te maken, dat we hiervan op geen enkele wijze zullen afwijken. De Guyanezen hebben al genoeg territoir van Suriname in gijzeling en dan praten we over de delta gelegen tussen Coeroeni, Cutari, Boven-Corantijn en het Acarai Gebergte. De Surinaamse regering dient ook te weten, dat ze niet met oprechte en sportieve bu-ren te maken heeft, maar met lui die slechts op eigen voordeel uit zijn, dat zien we nu weer overduidelijk in de visserijkwestie.

More
articles