Mathoera: ‘OM merkt iemand niet zomaar als verdachte aan’

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft een opsporingsbericht geplaatst voor de ondernemer Ramchender Oedit, meer bekend als Radj Oedit. Het vermoeden bestond dat de ondernemer gevlucht is. Inmiddels heeft Oedit via de media aangegeven, dat hij niet is gevlucht, maar vanwege gezondheidsredenen vertoeft in Nederland en over twee weken weer terug is in Suriname. Ook zijn echtgenote en zijn werknemers hebben aan de justitiële autoriteiten verteld, dat hij uitlandig is. De ondernemer zegt niet te begrijpen dat er dan nog een opsporingsbericht is geplaatst. Krishna Mathoera, VHP- parlementariër, tevens oud-politiecommissaris, zegt desgevraagd dat het OM niet zomaar iemand als verdachte aanmerkt, er moet op basis van feiten en omstandigheden, een redelijk vermoeden aan schuld zijn.

Voor het opsporingsbericht heeft Oedit publiekelijk aangegeven, dat hij niets te maken heeft met deze kwestie en zei dat hij alles zal doen om zijn werknemers op vrije voeten te krijgen. Mathoera geeft aan, dat Oedit zijn medewerking moet verlenen aan het onderzoek en alle informatie waarover hij bezit met de justitiële autoriteiten moet delen. De oud politiecommissaris zegt dat de verdachte verplicht is elke informatie die hij heeft over deze zaak, te delen met het OM. Volgens Oedit heeft de politie met een ingehuurde helikopter twee geschoten gelost op het vliegtuig in het Apoera- gebied, waarna de politie het vliegtuig heeft gedirigeerd naar de airstrip van de ondernemer in Saramacca.

Mathoera geeft aan dat geruchten als zou Oedit zich in het buitenland verschuilen, te verwachten waren, maar zegt tegelijkertijd dat het OM de gelegenheid moet krijgen om zaken te verifiëren. Volgens haar is het geen probleem om een verdachte in het buitenland aan te houden, dit vanwege de samenwerking de Suriname heeft met Interpol en waarvan Suriname ook lid is. Mathoera legt uit dat Oedit internationaal gesignaleerd kan worden en dat er medewerking gevraagd kan worden om de verdachte uit te leveren.

Mathoera die al bijkans anderhalf jaar lang de aandacht van de regering en het buitenland vraagt voor de drugsproblematiek in ons land, heeft vanuit de zijde van de coalitie meerdere malen moeten horen dat ze Suriname te schande maakt door interviews af te staan aan buitenlandse media. Haar werd gevraagd om met bewijzen zaken aan te kaarten. Bij de ontdekking van de onderzeeër, heeft de parlementariër als eerste het bericht wereldkundig gemaakt en dit keer met bewijzen. Dat werd haar niet in dank afgenomen en ze werd ervan beschuldigd dat ze het onderzoek aan het verstoren was. “Lariekoek”, zegt Mathoera op de aantijgingen van de coalitie en de minister van Justitie en Politie, Ferdinand Welzijn. Ze geeft aan dat door de laksheid van de regering Suriname nu breed en internationaal te schande is gezet. “Ons imago is ontzettend geschonden.” Ze benadrukt dat ze zich zal blijven inzetten dat Suriname niet het predicaat krijgt van narcostaat. De inbeslagname van de duikboot en het vliegtuig geeft volgens haar aan hoe gigantisch het probleem is en dat het bijna onbeheersbare proporties heeft aangenomen. Toch neemt de regering volgens Mathoera geen maatregelen om deze problematiek aan te pakken. Ze benadrukt dat de regering met beleid moet komen om de drugscriminaliteit aan te pakken.

door Johannes Damodar Patak

 

More
articles