Je suis Charlie

In onze krant stond donderdag jongstleden op de voorpagina in koeieletters vet gedrukt de tekst ‘Je suis Charlie’. Hiermee werd een statement gedemonstreerd inhoudende dat meegeleefd wordt met de slachtoffers van de lafhartige terreuraanval op het Franse medium ‘Charlie Hebdo’ en werd een ferm signaal afgegeven dat geen enkele crimineel, terrorist, dictator of wat dies meer zij, de vrije pers de mond zal snoeren. Het moet gewoonweg doordringen tot onverdraagzame lieden in binnen – en buitenland dat ze met hun smerige handen van de vrije pers moeten afblijven. Degenen die zich in hun recht aangetast voelen, hebben sowieso genoeg democratische middelen ter beschikking om kwesties die hen niet aanstaan, aan te vechten. Het is zonder meer triest en schokkend wat zich woensdag jongstleden in Parijs heeft voltrokken en we mogen ons gelukkig prijzen, dat we in het laatste decennium bespaard zijn gebleven van dergelijke terreurdaden tegen de vrije pers. We moeten echter waakzaam blijven en ophitserij via staatsmedia en haatcampagnes van bijvoorbeeld een dubieuze bisschop, ten stelligste afkeuren.
Onverdraagzaamheid jegens de pers is overigens een typische eigenschap van paars. Zelfs na de militaire dictatuur presteerden paarse exponenten het om de STVS in brand te steken en diverse mediahuizen te intimideren. Ook de gele partij is niet vies van het intimideren van bijvoorbeeld sportjournalisten. Maar het is met name paars, die er een handje van heeft om mensen met een andere mening te terroriseren. Hier een kleine greep uit de jaren tachtig van de vorige eeuw: Op 25 februari 1980 intrede perscensuur, december 1982 brandstichting radiostations Radika en ABC, standrechtelijke executie van de journalisten Bram Behr, André Kamperveen, Lesly Rahman, Jozef Slagveer en Frank Wijngaarde. Ook dit medium heeft te maken gehad met daden van militaire agressie, bijvoorbeeld granaten die op de drukkerij werden gegooid. Bovendien werd na de Decem-bermoorden de krant door het militaire regime voor 16 maanden gesloten. Niettemin is na het weer open stellen van dit mediabedrijf, in tegenstelling tot bepaalde omgekochte tv-stations en kranten, steevast gekozen achter principiële standpunten te blijven staan. Het gevolg is een wezenlijke inkomstenderving voor de krant bij de preferentiële distributie van overheidsadvertenties. Ingewijden weten dat bepaalde mediahuizen met een substantieel groter aanbod van overheidsadvertenties worden bevoordeeld, terwijl minder geliefde media het met een aanzienlijk kleiner aanbod moeten doen en daarenboven ook nog vaak grotere moeite hebben met betaling door de overheid. Wat het huidig regiem in ieder geval moet weten, is dat de aanslag in Parijs een eye-opener is en dat de wereld nu met een vergrootglas kijkt op welke wijze regiems omgaan met de vrijheid van meningsuiting. Overigens, het is wel erg opvallend, dat er officieel nog altijd geen condoleances vanuit de Surinaamse regering naar Frankrijk zijn gestuurd. Waren er geen miljoenen ge-stopt in een ambassadegebouw in Parijs en zou Frankrijk niet onze poort tot Europa worden?

More
articles