Bussen gaan pas rijden als COVID-19 beheersbaar blijft

De minister van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT), Albert Jubithana, heeft afgelopen zaterdag een gesprek gehad met het bestuur van de Vereniging voor de Ontwikkeling van het Surinaams Vervoer (VOSOV). Aan de orde kwamen onder andere de verdere modernisering en duurzaamheid van het openbaar vervoer, beide kunnen pas gestalte krijgen als er een oplossing komt voor een aantal maatschappelijke en collectieve problemen. VOSOV-voorzitter Suradj Sahadew-Llal, gaf ook aan, dat het busvervoer pas gegarandeerd kan zijn, indien het COVID-19 besmettingsgevaar beheersbaar zal blijven.

De herstart van het openbaar vervoer zal dus pas plaatsvinden als COVID-19 onder controle is. De bussen zullen dan rijden volgens het ‘nieuwe normaal’. Ook zullen de tarieven aangepast worden.

Diverse andere zaken zijn eveneens besproken, zoals de achterstand van de uitbetaling van de brandstofcompensatie (1e kwartaal 2020, t/m 20 maart 2020) en de uitbetaling van het restant van de coronavergoeding voor bushouders en buschauffeurs. De VOSOV haalde ook aan, dat er recentelijk nieuwe vergunningen zijn uitgegeven op trajecten die reeds jarenlang een overvolle bezetting hebben van bussen.

Dit terwijl in 2018, de toenmalige gesprekspartner en het ministerie van OWT&C, een overeenkomst hebben getekend die inhoudt dat voor dergelijke overvolle trajecten, er geen nieuwe vergunningen mogen worden uitgegeven.

De minister gaf aan de besproken punten voor te zullen leggen aan de regering. De minister zal met het bestuur van de VOSOV de verdere ontwikkelingen binnen het openbaar vervoer die nog aan de orde moeten komen, bespreken.

More
articles