SURINAME MOET DRINGEND ANTI-MONEY LAUNDERING WET UITVOEREN

De Suriname Economic Oversight Board (SEOB) heeft in het 4e bulletin gepleit voor een serieuzere aanpak door de overheid en de private sector van de AML/CFT actions voortvloeiende uit de aanbevelingen. In het kader daarvan heeft de SEOB ook geadviseerd om functionarissen uit de private en bankensector op te nemen in de De Suriname Economic Oversight Board (SEOB) heeft in het 4e bulletin gepleit voor een serieuzere aanpak door de overheid en de private sector van de AML/CFT actions voortvloeiende uit de aanbevelingen. In het kader daarvan heeft de SEOB ook geadviseerd om functionarissen uit de private en bankensector op te nemen in de Nationale Anti-Money Laundering Commissie en/of de AML-PIU. Dit vanwege de impact die non-compliance heeft op de banken en de private sector. en/of de AML-PIU. Dit vanwege de impact die non-compliance heeft op de banken en de private sector.  De SEOB benadrukte ook dat de wetgever (DNA) nauwer dient samen te werken met het IMF-team en de AML-PIU, aangezien vaker geconstateerd is dat de wetten aangeleverd bij de wetgever zodanig worden gewijzigd dat die het doel (elimineren van aanbevelingen of het halen van een IMF-mijlpaal) voorbijschieten, bijvoorbeeld de BTW-wet en de Bankwet. Wij kunnen ons terug vinden in deze analyse van de SEOB, want in het kader hiervan hebben de Verenging Surinaams Bedrijfsleven (VSB), de Associatie van Surinaamse Fabrikanten (ASFA) en het Suriname Business Forum (SBF) onlangs in een schrijven een zeer dringend verzoek gericht aan de voorzitter van De Nationale Assemblee, Marinus Bee. Zij hebben aangehaald, dat om blacklisting van Suriname te voorkomen, Suriname voortvarender zal moeten werken aan de realisatie van de aanbevelingen van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF).  Wij zijn van mening, dat dit verzoek vanuit het bedrijfsleven zeer valide is en dat het serieus moet worden genomen, aangezien niemand er beter van wordt als wij het risico lopen om geblacklist te worden voor de CFATF.

Het aannemen van de AML/CFT wet en de opstart van de tweede National Risk Assessment (NRA) is daarbij een zeer positieve ontwikkeling. Het ministerie van Financiën heeft daarvoor ruim een half miljoen USD beschikbaar gesteld voor de uitvoering van de tweede NRA. Deze tweede NRA is namelijk nodig voor Suriname om te evalueren waar wij nu staan, en of er nieuwe risico’s zijn bijgekomen in de afgelopen jaren.  Het resultaat van de tweede NRA moet opleveren welke maatregelen reeds zijn genomen. We zijn inmiddels ook met het IMF bezig, omdat ook in dat traject er eisen werden gesteld met betrekking tot wetgeving, versterking van de banken en risicobeheersing. Het is daarom ook noodzakelijk dat beleidsmakers en de sectoren, die dienen te implementeren, zich blijven committeren aan het Nationaal AML strategisch plan, zodat AML/CFT toezicht en handhaving wordt versterkt. Om dit te verwezenlijken, moet het vermogen van ‘politiek prominente personen’ vastgelegd worden.

Dit is namelijk een belangrijk actiepunt binnen het IMF-programma en naar onze mening een zeer goede vereiste, maar wij vragen ons af of het daadwerkelijk bewerkstelligt zal worden binnen het ‘systeem’ waar ‘politiek prominente personen’ duidelijk weten wat er voor hen op het spel staat.

RATING

De regering is wel positief gezind in deze kwestie, want in november zal de status van ons land weer ter sprake komen op de plenaire vergadering van de CFATF. Suriname heeft onlangs volgens de procedureregels van de CFATF, gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een re-rating aan te vragen op de ratings die reeds zijn ontvangen op de MER van de CFATF in januari 2023. De re-rating is gevraagd, omdat Suriname enkele wetgevingsmaatregelen heeft genomen in het kader van de Wet Voorkoming en Bestrijding Money Laundering en Terrorismefinanciering. Suriname is ervan overtuigd dat die wet op vijf punten een aanzienlijke verbetering is op de rating van de CFATF die non-compliant is beoordeeld in het rapport van 2023. Suriname wordt primair beoordeeld door de CFATF en tussen de CFATF en de FATF bestaat er een samenwerkingsprotocol waardoor alle landen onder de beoordeling vallen van hun MER- follow-up rapportage. Belangrijk is dat die beoordelingen door de CFATF gecompleteerd zijn aan een verslag dat zij moeten doen op de vergadering van de FATF in februari 2024 in Parijs, Frankrijk. Dat verslag van de beoordeling van Suriname door de CFATF na de vergadering in november 2023, zal gedeeld worden met de FATF in februari 2023.

Als de CFATF voor Suriname aan de FATF aangeeft, wat er reeds is bereikt en positief is over het landenrapport van Suriname en ook kenbaar maakt dat er nog een pakket aan wetgeving tot stand is gebracht, hetgeen dan in de volgende rapportagecyclus officieel gemeld zal worden,  dan geeft dat een signaal dat Suriname goed op weg is om zijn tekortkomingen terug te kunnen dringen. Wij zijn benieuwd wat er uit de bus komt in november.

More
articles