Wet money laundering en terrorismefinanciering voldeed niet aan CFATF-aanbevelingen

Kenneth Amoksi, minister van Justitie en Politie (JusPol) verklaart, dat de Wet ter voorkoming en bestrijding van money laundering en terrorismefinanciering niet helemaal voldeed aan de Caribbean Financial Action Taskforce (CFATF) aanbevelingen. In dat kader is de wet op verschillende gronden aangepast door de regering. De tekortkomingen aan deze wet werden tijdens verschillende informatiesessies van deskundigen van Suriname met CFATF in het kader van de mutual evaluation van Suriname, geconstateerd.

Amoksi presenteerde bij de behandeling van de wet, een overzicht van de wettelijke taken van de Financial Intelligence Unit (FIU) Suriname en hoe deze zullen worden uitgevoerd. De bewindsman benadrukte wat de verplichtingen zijn voor financiële en niet-financiële dienstverleners, waarbij deze sectoren een meldingsplicht voor ongebruikelijke transacties hebben. Ook legde Amoksi uit, hoe en wanneer een transactie als ongebruikelijk wordt aangemerkt.

De bewindsman stelde, dat de Wet Melding Ongebruikelijke Transacties (MOT) en de Wet identificatieplicht (WIP), voorlopers zijn van deze wet. De wet ter voorkoming en bestrijding van money laundering en terrorismefinanciering is een samenvoeging van beide wetten. Hierbij heeft een aanscherping met de laatste wijzigingen van de FATF-aanbevelingen plaatsgevonden. Op grond van de bevindingen van de NRA is er een nationale AML/CFT CPF strategie ontwikkeld. Het ligt in de bedoeling, dat dit plan de grootste risico’s en institutionele zwakheden van Suriname moet helpen aanpakken.

Het gaat hierbij om twaalf thema’s onderverdeeld in een reeks van projecten. Deze zullen in de komende twee jaren geïmplementeerd worden. In de wet is volgens Amoksi, customer due diligence (CDD) opgenomen.

Dit cliëntenonderzoek is volgens de bewindsman belangrijk voor de dienstverlener in het kader van het kunnen beoordelen, beheersen en beperken van mogelijke risico’s van money laundering en terrorismefinanciering. ‘’Het is verboden voor dienstverleners om een zakelijke relatie aan te gaan of een transactie uit te voeren, indien CDD niet heeft plaatsgevonden, de dienstverlener niet in staat is het cliëntenonderzoek uit te voeren of het cliëntenonderzoek niet heeft geleid tot het beoogd resultaat‘’, aldus Amoksi. Hij onderstreepte dat de CDD niet bedoeld is voor dienstverleners om hun cliënten te criminaliseren. Dienstverleners fungeren volgens Amoksi als poortwachters van het financieel systeem. Het is daarom belangrijk, om ervoor te zorgen, dat het financieel systeem niet misbruikt wordt.

More
articles