Kortgedingrechter wijst handhaving dienstbetrekking OW-ers af

Onlangs heeft de kortgedingrechter uitspraak gedaan in een dertigtal rechtszaken die waren aangespannen door personen die in dienst waren getreden, doch waarbij niet de gebruikelijke procedure van aantrekking is gevolgd. Deze personen werden aangezegd zich niet meer aan te melden op kantoor, en hebben daarna individueel een rechtszaak aanhangig gemaakt waarbij het volgende min of meer per geval is gevorderd:

1.Uitbetaling voor de periode waarover arbeid is verricht.

2.Een bepaald percentage aan schadevergoeding.

3.Betaling van de proceskosten.

4.Doorbetaling van het salaris totdat de dienstbetrekking op rechtsgeldige wijze is beëindigd.

In 16 van de 30 rechtszaken is het vonnis reeds op schrift gesteld waarbij door de kantonrechter is besloten, dat degenen die arbeid hebben verricht betaald dienen te worden over de desbetreffende periode en is per geval het uit te betalen lumpsumbedrag vastgesteld. De uitspraak komt erop neer, dat de hierboven vermelde punten 1, 2 en 3 zijn toegewezen, en punt 4 is afgewezen hetgeen inhoudt dat het ministerie van Openbare Werken betrokkenen niet hoeft door te betalen en de dienstbetrekking niet meer wordt voortgezet. Minister Riad Nurmohamed had zwaar protest aangetekend dat de handelingen van de regering Bouterse/Adhin met betrekking tot uitdelen van missives op het veld, niet volledige documenten, geen openbare sollicitatie e.d., een nieuwe vorm is van corruptie en fraude. Hiervoor is bij de PG een onderzoek gevraagd in te stellen naar deze vorm van corruptie tegen gewezen politici.

Het ministerie van Openbare Werken hoopt hiermee de juiste weergave te hebben gegeven van de vonnissen.

More
articles