SZF-directeur wordt onterecht beschuldigd

Op oudjaarsavond werd de gewezen algemeen directeur van het Staatsziekenfonds (SZF), Amar Randjitsing, door minister Amar Ramadhin van Volksgezondheid gebeld, met de mededeling dat hij op de nationale feestdag, 1 januari 2022, met spoed om 11.00 uur moest verschijnen op het ministerie van BIBIS. Randjitsing werd niet verteld, welke kwestie er besproken zou worden. De volgende dag waren om 11.00 uur de ministers van Volksgezondheid en van BIBIS, evenals een vertegenwoordiger van het Kabinet van de President, Aroen Hardien, directeur Politieke Aangelegenheden aanwezig.  “Er werd mij een Memo SZF overhandigd en gevraagd om de vraagstellingen ter plaatse te beantwoorden, wat ik ook naar goed vermogen geprobeerd heb te doen. Opgemerkt zij dat deze memo mij niet bekend was, ik was daarop uiteraard dus ook niet voorbereid. Merkwaardig is dat het memo van niemand afkomstig is. Er is geen ondertekenaar, het is een ongedateerde memo waar SZF achter getypt is, het is ook niet gericht aan iemand”, zegt Randjitsing in zijn verweer. Op die bewuste dag werd afgesproken om de beantwoording op schrift te stellen en aan de minister van Volksgezondheid te doen toekomen (dit moest binnen 48 uur werd aan Randjitsing meegedeeld, de reden hiervan was hem niet bekend) en wel op maandag 3 januari 2022 uiterlijk om 13.00 uur. Uiteraard simultaan naar de overige instanties. “Ik ben altijd met iedereen heel open en oprecht. Dit is niet alleen woordelijk, maar heeft u ook in daden gezien de afgelopen maanden. Ook vandaag ga ik u allen de waarheid vertellen, omdat ik u allen dicht bij het beleid hebt betrokken”, zegt Randjitsing.

Hij heeft bij zijn beantwoording het memo en zijn verweer toegevoegd als bijlangen.

Tegen zijn stafmedewerkers zei hij: “Ik stuur het precies zo, omdat jullie recht hebben op absolute informatie. Beoordeel zelf en trek je eigen conclusie. Ik ben niet ontslagen. In goed overleg, zal mijn dienstbetrekking worden beëindigd. Ik heb een overeenkomst tot 3 oktober 2025”, zegt Randjitsing tegenover De West. In het voormelde SZF-memo, wordt de Algemeen Directeur (AD) er onder andere van beschuldigd, dat hij personeel in dienst heeft genomen, hetgeen in strijd was met het schrijven van de President van Suriname d.d. 6 augustus 2020, kenmerk secpres/1097/20, betreffende de personeelstop. In het schrijven, gericht aan het Kabinet van de President als reactie op de brief van 9 juli 2021, heeft de AD duidelijk aangegeven, dat hij nimmer op de hoogte was gesteld van een personeelsstop bij zijn aantreden in oktober 2020. Deze instructie is hem nimmer ter kennis gesteld door zijn voorgangster, mevr. J. Pronk en ook niet door het huidige bestuur. Ook bij de indienstneming van personeel na oktober 2020 is door mevr. Pronk niet hierop gewezen. Onmiddellijk na ontvangst van het schrijven d.d. 9 juli 2021 heeft de AD geen personeel meer in dienst genomen. De AD wordt geheel onterecht ervan beschuldigd dat hij personeel in dienst heeft genomen, ondanks het schrijven van 6 augustus 2020, terwijl hij op aandringen van het Kabinet van de President, dhr. O. Badal in dienst heeft moeten nemen, terwijl in beginsel daar geen noodzaak toe was/is. Recentelijk nog is de AD vanuit het Kabinet van de President weer opgedragen om ene mevrouw Ramautar in Nickerie in dienst te nemen (zie de mail van mw. Ramautar). Dhr. Somai en mw. Harkisoen hebben ook medewerkers in dienst genomen voor wie er zelfs functies gecreëerd moesten worden, namelijk dhr. S. Raghoenandan en mevr. Jalimsingh – Tilakdharie, en wel als coőrdinator Medisch Directoraat en financial controller. “Vermeldenswaard is dat genoemde functies niet voorkomen in het huidige, door het Bestuur goedgekeurde, organogram”, aldus de AD in zijn verweer. Verder stelt de AD in zijn verweer, dat er aantoonbaar succes is geboekt met de functionarissen die hij in dienst genomen heeft binnen het SZF. “Het Algemeen Directoraat is het enige directoraat binnen het SZF dat zichtbaar resultaat boekt met het minste aantal problemen en een hoge mate van tevredenheid onder het personeel. Opvallend is dat op het Medisch Directoraat sinds het aantreden van mevrouw Harkisoen, zes artsen en drie apothekers de dienst hebben verlaten. Ook springt in het oog dat bij elke interne sollicitatie binnen het SZF, het steevast voor 90 procent personeel van het Medisch Directoraat betreft dat solliciteert, omdat het niet meer onder het Medisch Directoraat wenst te ressorteren.”