Bouterse maakt gebruik van zwijgrecht

Zitting verdaagd naar 31 mei

De verdachte Desiré Bouterse kreeg vandaag de gelegenheid om het woord te voeren in de verzetzaak van het 8 decembermoorden strafproces. Hij verraste velen door te stellen, gebruik te maken van zijn zwijgrecht, ofschoon de verzetzaak hem juist de mogelijkheid geeft alsnog het woord te voeren. De Krijgsraad aanvaardde het verzoek gebruik te mogen maken van het zwijgrecht.

Bouterse persisteert ook bij zijn eerdere verklaringen van 28 juni 2004, 30 november 2004 en 30 november 2020 die hij heeft afgelegd bij de rechter-commissaris. De advocaat van Bouterse, Irvin Kanhai, zei tijdens de zitting ook geen behoefte te hebben tot het oproepen van getuigen.

Kanhai merkte op, dat zijn cliënt 16 jaar geleden verschenen is voor de rechter-commissaris. Er is volgens hem vanaf toen niets veranderd. Hij haalde aan, dat Bouterse mogelijk zich geen zaken meer kan herinneren, die destijds zijn gezegd. Kanhai zei een eventueel hoger beroep na de uitspraak van de Krijgsraad niet uit te sluiten. Na een schorsing werd besloten de zitting te verdagen naar 31 mei. Op die dag zal auditeur-militair Manro Danning, zijn requisitoir houden. Kanhai wordt daarna in de gelegenheid gesteld te reageren. De stukken dienen eerder gewisseld te worden, waardoor de verdediging na de strafeis van de auditeur-militair, gelijk kan reageren. De zitting van vandaag was van korte duur. De verzetszaak is hierdoor in een stroomversnelling beland. De behandeling van deze strafzaak nadert naar verluidt, zijn einde. Bouterse krijgt nog de gelegenheid het laatste woord te voeren. Hierna zal de Krijgsraad een datum bepalen voor de uitspraak. “Mogelijk wordt de behandeling ter terechtzitting op 31 mei afgesloten”, aldus de advocaat van de nabestaanden, Hugo Essed, in gesprek met journalisten na de zitting. Volgens Essed, kan nog dit jaar een definitief vonnis in deze zaak volgen.

More
articles