OVERHEID OOK VERANTWOORDELIJK VOOR ANTI-WITWASBELEID

Het witwassen van door crimineel handelen verdiend geld, was tot de jaren tachtig in een groot deel van de wereld niet eens een misdaad. Het Anti-Money Laundering-systeem (AML) werd pas geïntensiveerd na de terroristische aanslagen van 9/11 in 2001 en de goedkeuring van de Amerikaanse Patriot Act, die gericht was op het achterhalen van de geldsporen van de financiering van terroristen en andere criminelen. Hierdoor is AML-compliance een groot deel geworden van wat banken doen en groot gemaakt voor nieuwe bureaucratieën. Het is niet ongebruikelijk dat grote internationale bedrijven, duizenden specialisten aangesteld hebben die zich richten op de bestrijding van de financiële criminaliteit, en meer dan 20.000 man in dienst hebben voor algemene risico- analyses en compliance. Deze AML-controle is in de afgelopen jaren erin geslaagd de meest schadelijke praktijken uit te roeien, zoals het gebruik van Shell-coöperaties gelegen in tropische landen, waar er koffers met drugsgelden werden witgewassen. Hierdoor zijn criminelen gedwongen om bijzonder creatief te zijn. Tegenwoordig is het iets moeilijker dan 20 jaar geleden om zwart geld wit te wassen, maar door het opzetten van een ‘Shell-bedrijf’, waarbij het geld dat er doorheen stroomt, wordt vermomd als legitieme inkomsten, verwerken gevestigde banken de transacties wel. Hierdoor zijn er wereldwijd genoeg indicaties die suggereren, dat banken de zwakke schakel zijn in de oorlog tegen het witwassen van geld. Ondanks de vele regels die erop gericht zijn ze in de frontlinie te veranderen, is er een conflict met betrekking tot de handhavers. Nader onderzoek wijst er echter op, dat het wereldwijde Anti-Money Laudering (AML) systeem, ernstige structurele gebreken vertoont, grotendeels omdat regeringen veel politie die controle zou moeten uitvoeren, uitbesteedt aan de particuliere sector. Een studie die vorig jaar door Ronald Pol, een expert op het gebied van financiële criminaliteit, werd gepubliceerd, concludeert dat het wereldwijde AML-systeem, ‘’het minst effectieve ter wereld’’ zou kunnen zijn. Dat komt namelijk, omdat drie grote problemen de strijd tegen de financiële criminaliteit bemoeilijken: een gebrek aan transparantie, gebrek aan samenwerking en een gebrek aan middelen. We weten inmiddels dat onderzoekers de echte ‘nuttige’ eigenaren van lege vennootschappen, niet makkelijk kunnen identificeren, omdat zij zich vaak verstoppen achter een hoop juridisch jargon. Wij denken, dat dit alleen gecontroleerd zou kunnen worden, als alle bedrijfseigenaren details op een website moeten vrijgeven en tevens zich digitaal moeten registreren.

Hierdoor kan de FATF de norm inzake transparantie van uiteindelijk begunstigden beter controleren en de bevoegde autoriteiten krijgen tijdig toegang tot dergelijke informatie.  Maar ook het gebrek aan samenwerking  tussen regeringen, belemmert banken in de frontlinie. De grote witwasprogramma’s zijn geavanceerd en transnationaal, terwijl de inspanningen tegen witwassen, gebalkaniseerd blijven. Informatie delen tussen regeringen verbetert dankzij de samenwerking tussen financiële inlichtingeneenheden en nationale centra die gegevens verzamelen over verdachte transacties. Maar het wederzijdse rechtshulpsysteem dat landen die misdrijven onderzoeken, gebruiken om dit te vragen van elkaar, is onhandig. Wat betreft gegevens die van en naar banken stromen, zijn de voordelen van informatie delen onbetwistbaar. De waarde van informatie afkomstig van een netwerk van banken, is duizenden keren hoger dan de informatie die elke bank heeft, omdat u niet alleen kunt zien waar het geld vandaan kwam, maar ook waar het heen ging, enzovoort. Helaas is het niveau van samenwerking verschrikkelijk slecht. Amerika doet het het beste, dankzij de Patriot Act, maar zelfs daar vindt het delen van informatie op kleine schaal plaats, omdat een enorm obstakel bij het delen van informatie, de privacywetgeving is. Dit is in veel landen een probleem en verhindert banken om informatie door te geven aan autoriteiten, met name die in andere landen. ‘’Sommige grote banken hebben wel gelobbyd om uitzonderingen te maken voor AML, maar overheden zien het niet als een wetgevende prioriteit”, zegt een leidinggevende bij een bank.

Wat ook een sta-in-de-weg vormt, is het gebrek aan middelen, want banken kunnen veel geld aan AML uitgeven, maar de criminelen komen niet voor de rechter als regeringen niet investeren in politie en vervolging. Het beteugelen van dit soort criminelen gaat beter wanneer het openbaar ministerie (OM) kan samenwerken met de bevoegde instanties. Dit alles suggereert, dat regeringen gezamenlijk harder moeten werken om het AML-systeem geschikter te maken voor het uiteindelijke doel. “Banken de schuld geven voor het niet correct implementeren van anti-witwaswetten, is een handige fictie”, concludeerde het rapport van Pol. Het schetst ook een oneerlijk beeld aan de niet-bancaire actoren die corruptie mogelijk maken. Terwijl boetes voor banken met slechte AML-controles meedogenloos zijn gestegen, zijn het bovendien advocaten die onbetrouwbare Shell-bedrijven opzetten en accountants die niet op correcte wijze handelen er straffeloos mee wegkomen.

More
articles