BURGERS ALS AANDEELHOUDERS VAN GEVONDEN OLIE

President Bouterse en de politieke partijen, hebben het Surinaamse volk gefeliciteerd met de olievondst voor de kust van ons land. Dit hebben zij ook terecht gedaan, want alles in de Surinaamse bodem behoort het volk toe, zeker wanneer het gaat om de natuurlijke hulpbronnen. Zeggen en menen zijn twee verschillende dingen. Van politici zijn wij gewend dat zij eerder naar hun persoonlijk belang kijken en als er wat overblijft, gaat er wat naar het volk. Presidentskandidaat Robert Badal van de nieuwe politieke partij in Guyana, Change Guyana, stelt voor dat alle burgers van het land aandeelhouders moeten worden van de op te richten nationale oliemaatschappij. Als zijn partij Change Guyana aan de macht komt, zal hij de inkomsten uit de oliesector gelijk verdelen onder de aandeelhouders. Zou dit geen goed idee zijn om ook in Suriname toe te passen? Wat is beter dan wanneer onze eigen burgers aandeelhouders worden van de gevonden olie voor de kust? Dit moet dan wel een besluit zijn van de politiek. Wij moeten ervoor waken dat een klein groepje gaat genieten van de olie en dat er besluiten worden genomen die in het nadeel van Suriname uit zullen vallen. In Guyana zijn al grote olievondsten gedaan. Hoogstwaarschijnlijk volgt Suriname waarbij ons land het voordeel heeft te beschikken over een eigen olieraffinaderij. Suriname zou de olie misschien zelf kunnen verwerken. Voor nu zullen wij nog niets merken op economisch gebied. Er staat ons nog een heel proces te wachten voor de olie uit de grond gehaald kan worden en verwerkt kan worden. Wat nu wel belangrijk is, is dat wij ons als land voorbereiden hierop en het maximale eruit halen. Suriname is de mist in gegaan bij de Alcoa-deal. Laat de regering daar lering uit trekken en ervoor zorgen dat zij het maximale eruit haalt, want die blaka gowtu zit in onze bodem.

More
articles