Inkomsten als onderpand voor lening

De regering gaat namens de Staat Suriname, een bridge loan (kortlopende lening) aan bij Oppenheimer & Co en Republic Bank Limited. Het gaat om een lening van US-dollar 150 miljoen tegen een vaste rente van 10 procent, die in 18 maanden afgelost worden. Als onderpand geeft de staat de inkomsten die zij ontvangt van Staats-olie in de vorm van dividendbelasting, royalty’s van Rosebel Gold Mines en inkomsten van de staat uit de stroomafname van de Afobaka Hydro dam.
VHP-parlementariër Asiskumar Gajadien, zegt desgevraagd aan De West, dat de regering bezig is roofbouw te plegen op de inkomsten uit de mijnbouwsector. ‘’De inkomsten uit Newmont zijn reeds verbonden aan de US-dollar 550 miljoen lening van Staatsolie, dividend van Staatsolie aan betalingen van de EBS, en nu worden de inkomsten van Rosebel ook verpand”, zegt hij. Gajadien stelt dat in feite het volk niets overhoudt uit de inkomsten van de mijnbouwsector, waardoor volgens hem onze gezondheidssector en onderwijs, verder in gevaar komt.
De lening is bedoeld voor het aflossen van de achterstallige betalingen aan Alcoa voor geleverde stroom. De schuld bedraagt US-dollar 120 miljoen. De rest van de lening gaat naar algemene budgettaire doeleinden. Dat er US-dollar 120 miljoen betaald worden aan de Alcoa voor stroomleveringen, noemt Gajadien corrupt. Volgens hem gaat het om een corrupte overeenkomst die een toevallige regering en coalitie hebben gesloten. Hij verklaart dat de deal tussen Suriname en Alcoa is beëindigd en dat dat er niet meer dan US-dollar 42 miljoen betaald zou moeten worden aan Alcoa voor geleverde stroom. “Ook de Suralco/Alcoa zou moeten weten dat zij geen corrupte overeenkomsten kunnen aangaan”, aldus de parlementariër.
De Centrale Bank van Suriname, heeft recentelijk gezegd dat de internationale reserve ruim US-dollar 700 miljoen bedraagt. “Waarom zou de regering de inkomsten van het volk dan verpanden?”, aldus Gajadien. Volgens hem geeft de Centrale Bank bewust een vertekend beeld van de internationale reserve en functioneert als een politiek instrument van de regering. “Daarom heeft de moederbank nooit antwoord gegeven op de vraag wat haar netto internationale reserve is”, aldus Gajadien.
Aan de lening zijn voorwaarden verbonden. De lening blijft geblokkeerd totdat de overdracht van de Afobaka stuwdam is gedaan aan de dochteronderneming van Staatsolie N.V., de Staatsolie Power Company Suriname N.V. Indien dit niet binnen 90 dagen gebeurt nadat de lening is voltooid, komt er een verplichte aflossing en rente en zal er een extra rente van 3 procent worden geheven als de veiligheidsbelangen in het onderpand niet worden toegekend en geperfectioneerd binnen 180 dagen na uitgifte van de lening.
Gajadien zegt dat de regering vermoedelijk gebruik zal maken van de laatste wijziging van de Wet op de Staatsschuld om de lening aan te gaan. Volgens hem is het duidelijk dat de coalitie hieraan zal meewerken. Echter waarschuwt de politicus instellingen die leningen verstrekken aan Suriname. ‘’Mocht er een andere regering komen waarin de VHP ook deelneemt, dan zullen leningen die niet conform onze wetgeving zijn verstrekt, nietig zijn en dus niet terugbetaald worden. Alle leners moeten weten dat zij voorzichtig moeten zijn”, benadrukt Gajadien.

-door Johannes Damodar Patak-

More
articles