Status trawlers onduidelijk

Er heerst nog steeds onduidelijkheid over de status van de zes Chinese fabriekstrawlers. Vorige week vernam de redactie, dat de schepen vrijdag zouden vertrekken. Zij waren gebunkerd in de haven van Kuldipsingh voor het opslaan van voorraden en het bijtanken.
Mark Lall, secretaris van het Visserscollectief, bevestigt tegenover De West, dat de schepen waren gebunkerd bij de haven, maar zegt dat zij nog steeds niet zijn vertrokken uit Surinaamse wateren. Volgens hem is het vonnis nog steeds niet op schrift, en kan dus ook niet worden betekend aan Ross Fisheries N.V. De Kustwacht kan derhalve ook niet optreden. Lall geeft aan dat er nog twee rechtszaken lopen, namelijk een van de Staat Suriname tegen het bedrijf en een van de vissers tegen Ross Fisheries NV. De directeur van de Kustwacht, Jerry Slijngaard, laat via een medewerker weten, dat hij voor nu nog geen commentaar heeft op deze kwestie. In het kort geding dat tegen de staat was aangespannen door Ross National Fisheries N.V., heeft de rechter op 25 juli vonnis gewezen.
Volgens de rechter voldoen de zes Chinese fabriekstrawlers niet aan de eisen binnen de Surinaamse viswetgeving en moeten zij zich verwijderen uit de Surinaamse wateren.
De Chinese hektrawlers bevinden zich vanaf november 2018 in onze wateren en hadden van minister Rabin Parmessar van Landbouw, Veeteelt en Visserij, tot 22 mei de gelegenheid gekregen zich te verwijderen. Echter sleepte de lokale vertegenwoordiger van Ross National Fisheries N.V., de staat voor de rechter, omdat hij in de veronderstelling verkeerde, dat de trawlers wel over een geldige visvergunning beschikten.
Het bleek niet te gaan om een vergunning, maar slechts om een bewijs van aanvraag.

door Johannes Damodar Patak

More
articles