ZIKA vooral in Paramaribo manifest

Het ZIKA-virus heeft het afgelopen jaar vooral in Paramaribo slachtoffers gemaakt. Het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg (BOG), registreerde vorig jaar vanaf de 43ste  tot en met de 51ste week (oktober/december) alleen al 57 suspecte gevallen in Paramaribo-Noord. Het stadscentrum van Paramaribo en Flora volgen daarna met elk 49 gevallen. Dat brengt het minimaal aantal vermoedelijke gevallen op 155, de overige regio’s van de hoofdstad worden hier niet genoemd. Commewijne (19), Wanica (13), Para (12), Nickerie (8) en Coronie (1) lijken minder in trek voor het virus. Dat blijkt uit geactualiseerde data van het BOG.

De gerapporteerde gevallen t/m week 51 van het vorig jaar per district / ressort zijn in de tabel hieronder aangegeven. Het gaat om suspecte oftewel verdachte gevallen, waarvan nog niet met zekerheid is gesteld dat het om Zika gaat.

De categorisering ‘suspect’ vindt plaats op basis van specifieke indicatoren.

‘In Suriname is vanaf de dreiging van het Zika-virus begonnen met voorlichting naar gezondheidswerkers. Deze voorlichting wordt steeds aangevuld met data uit recente ontwikkelingen binnen en buiten Suriname’, aldus het BOG in een persbericht.zika gevallen suriname

108 GEVALLEN ZEKER

Recente informatie vanuit het laboratorium van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) geeft aan dat er in de periode oktober t/m 3 januari 108 gevallen positief getest zijn op Zika. Gevallen die zich daarna hebben voorgedaan zijn nog niet meegenomen in deze statistieken. Het Zika-ziektebeeld is vanaf het vorig jaar ook door het BOG opgenomen in het rapportageschema van de huisartsen, dat opgenomen is in het telefoon systeem, waarbij door het BOG wekelijks een groep artsen wordt gebeld om na te gaan hoeveel patiënten zich hebben aangemeld met het ziektebeeld.  In de tabel hieronder is een beeld weergegeven van de loop van de meldingen vanaf week 43 van 2015. Het beeld geeft aan dat na een piek de meldingen duidelijk afnamen, hetgeen natuurlijk ook kan liggen aan het feit dat mensen vanwege het milde en korte verloop van de ziekte, verkiezen om ‘thuis uit te zieken’. Ook heeft het BOG op basis van de gerapporteerde gevallen de spreiding tot en met week 51 van het vorig jaar schematisch vastgesteld en heeft op basis hiervan ook haar voorlichtings- en bestrijdingsactiviteiten gefocust. Wij blijven artsen en laboratoria aansporen in deze fase van de ziekte ook de woonadressen van de gevallen aan het BOG door te geven. Het BOG heeft op basis van huidige cijfers en ervaringen uit eerdere ziekte uitbraken enkele risicogebieden geïdentificeerd en er zijn via de Milieu Inspectie preventief bestrijdingsactiviteiten rondom scholen, crèches, bejaardentehuizen etc. uitgevoerd om plekken waar vooral overdag grote groepen mensen bijeenkomen, zoveel mogelijk muskietenvrij te maken. Hiernaast wordt bij elke melding het aangegeven adres opgezocht en de omgeving binnen een straal van 100 meter geïnspecteerd en worden er binnen die straal lokale bespuitingen uitgevoerd. Het werk van het BOG wordt in grote mate bepaald door de uit het veld ontvangen meldingen en de verschillende metingen in het milieu. Er worden gedurende het hele jaar in verschillende plekken in het land metingen en muskietenvangsten gedaan middels ovitraps om een beeld te krijgen van de groei of afname van de Aedes muskietenpopulatie. Uit de metingen  moet geconcludeerd worden dat de metingen vallen binnen de normale schommelingen en dat er geen sprake is van abnormale toenames van Aedes muskieten in ons milieu. Het blijkt hierdoor dat de belangrijkste bron van besmetting wellicht moet liggen binnenshuis of op de werkplekken waar er overdag wordt gewerkt. De strategie van het BOG bij de beteugeling van ziektespreiding van Zika zal zich daarom ook weer concentreren op het blijven stimuleren van de bevolking om serieus en consequent te werken aan de opruiming van alle mogelijke broedplaatsen in en rondom het huis en de werkplek. Ook vanuit de verschillende districtscommissariaten wordt de nodige ondersteuning hierbij geboden. Het gebruik van pesticiden is niet uitgesloten en deze worden ook ingezet in zorgvuldig bepaalde gevallen, waarbij wij ons er van bewust zijn dat het gebruikte middel malathion nog wel op de WHO-lijst van toegestane middelen voorkomt, maar steeds meer in verband wordt gebracht met kankers en langzaam maar zeker zal worden afgevoerd van de lijst van de WHO! In Suriname zijn wij reeds enkele jaren bezig de afhankelijkheid van ons land van grote hoeveelheden pesticiden bij de bestrijding van vector gerelateerde ziekten omlaag te brengen en systematisch over te stappen op alternatieve bestrijdingsmethoden, zoals het gebruik van veilige larven dodende middelen en het bevorderen van het daadwerkelijk opruimen van broedplaatsen.

Het centrale motto van het BOG is nog altijd:

‘NO MEK’ NO WAN MASKITA DJUK YU!!’ (Laat je door geen enkele mug steken).

More
articles