Het boorprogramma in het Coesewijne-gebied is succesvol afgerond. Eind 2014 zijn oliehoudende lagen aangetoond in een van de vier putten die zijn geboord in dit gebied, ten zuiden van de Tambaredjo- en Calcutta-velden. De aangetroffen olie vertoont sterke gelijkenis met de olie die Staatsolie in het Calcuttaveld produceert. Vanwege de ligging van de put en het volume van de olie vermoedt Staatsolie dat het om dezelfde olie gaat, onderzoek moet uitwijzen hoeveel olie er in de grond zit. `Een productietest moet een indicatie kunnen geven van onder meer de omvang, de productiepotentie en de druk van het reservoir’, meldt ‘Staatsolie Nieuws’. De boringen volgden op een 2D-seismisch onderzoek van drie maanden in het Coesewijne- en Weg naar Zeegebied in het voorjaar van 2014. Dat onderzoek heeft interessante gebieden geïdentificeerd in Coesewijne en Weg naar Zee; de kans was groot dat daar oliehoudende lagen voorkomen. Dit was voor Staatolie de reden om de vier putten in Coesewijne te boren. Ook in het Weg naar Zeegebied zijn er interessante structuren aangetoond die in een vervolgprogramma uitgetest zullen worden. De voorbereiding en uitvoering van het boorprogramma heeft ruim een jaar geduurd. In het eerste kwartaal van 2014 is er een geologische evaluatie gedaan aan de hand van alle beschikbare data van het Coesewijnege-bied. Ook de voorstellen van de vier boorlocaties zijn besproken. Bij dergelijke projecten is het van belang de actoren van het onderzoekgebied te informeren over de activiteiten die zullen plaatsvinden. De boorlocaties bevonden zich op terreinen van derden, uit de gesprekken met de eigenaren bleek dat ze enthousiast waren dat Staatsolie weer in het gebied was voor onderzoek. Het boren is in oktober 2014 gestart en heeft in totaal twee maanden geduurd. De terreinen zijn in goede staat teruggegeven aan de landeigenaren. Staatsolie zal een bijeenkomst organiseren om de stakeholders te informeren over de resultaten en het vervolg van het boorprogramma in het Coesewijnegebied.