Compliance is een woord dat we de laatste jaren veelal mee geconfronteerd worden en het betekent eigenlijk in de financiële wereld ‘onderworpenheid’ aan bepaalde stringente regels binnen het internationale geldverkeer. En bij compliance is natuurlijk ingebed dat alle commerciële banken wereldwijd, die aan valuta overboekingen doen, zich aan de gestelde regels van compliance zullen moeten houden. Ook de valutabanken in Suriname moeten buigen voor deze regels, willen ze niet als paria beschouwd worden en de samenwerking met ze worden opgezegd. De Surinaamse banken hebben in de afgelopen veertig jaar te maken gehad met geldstromen, waarvan de herkomst vaak niet altijd even duidelijk was. Veel geld uit de informele sector werd op geraffineerde wijze de banken binnengebracht en daarbij werd niet op afdoende wijze gecheckt waar deze middelen vandaan kwamen.
De informele sector sprong gelijk in dit gat van slechte controle en kon op die manier smerig c.q. drugsgeld ‘witten’, hetgeen als mo-ney laundering wordt neergezet. Maar de wereld is in de afgelopen veertig jaar behoorlijk veranderd en met de verheviging van de drugshandel en de opkomst van het internationale terrorisme, zijn vooral de grote westerse landen ertoe overgegaan het internationale geldverkeer beter te controleren en bewaken. Het tegengaan van witwassen van crimineel verkregen gelden, verdient internationaal een zeer hoge prioriteit.
Via tal van controlemechanismen tracht men nu het witwassen van deze middelen tegen te gaan. Van landen over de gehele wereld wordt verlangd dat ze zich houden aan de internationaal erkende compliance regels en ook regeringen worden gedwongen zeer intensief erop te letten, dat ook de banken zich aan deze regels houden. Het niet langer zaken willen doen met een valutabank die verdacht wordt van het accommoderen van witwassende cliënten, komt steeds vaker voor.
Ook Surinaamse banken hebben gemerkt dat correspondentiebanken hun de rug hebben toegekeerd, omdat Suriname internationaal als een ‘high risk nation’ werd gebrandmerkt. Bonafide bedrijven hebben herhaaldelijk problemen gehad bij de overmaking van gelden en het openen van kredietbrieven, de zogeheten LC’s, omdat de bank in bijvoorbeeld Amerika, geen zaken meer met een plaatselijke bank wilde doen.
Via allerlei omwegen kon uiteindelijk dan toch betaald worden, om zo de meest noodzakelijke grondstoffen binnen te krijgen. Surinaamse banken moeten dus noodgedwongen zich strikt aan de compliance regels houden en dat doen ze dan ook steeds nauwgezetter, tot groot ongenoegen van personen die zeer rap rekeninghouder wensen te worden en de traagheid van onze vooral valutabanken, niet begrijpen.
De bank dient uit zelfbehoud en eigen bescherming, nauwgezet de achtergrond van de rekeninghouder in spe te onderzoeken, omdat hij niet opgezadeld wenst te worden met een witwasser van drugsgelden, want die staan echt wel in de rij om naar binnen te boren. Op tal van manieren en vaak via stromannen en nepondernemingen, proberen criminelen met hun geld de valutabanken binnen te komen, maar nu is het zo, dat de tegenwerking en acceptatie van hun smerig kapitaal niet meer zo gemakkelijk en of vanzelfsprekend plaatsvindt.
Deze figuren hebben een hekel aan girale stromingen van geld en weten heel goed dat hun drugsgeld zo gemakkelijker kan worden onderzocht. Dus cash werken en cash aanbieden bij de bank, beogen zij al sinds mensenheugenis en juist daar zitten de witwassers van crimineel verkregen geld tussen. Suriname moet naar verluidt, nog deze maand zich vervoegen tot de Caribbean Financial Action Task Force, CFATF, om aan te tonen dat het vastbesloten is maatregelen te nemen die in overeenstemming zijn met de tientallen eisen en regels van het CFATF en erop gericht, het witwassen van crimineel geld te bestrijden en ook tegengaan dat deze gelden zullen worden gebruikt voor andere criminele daden, waaronder het financieren van terrorisme en de wapenhandel. Inderdaad is het zo dat Surinaamse banken heel voorzichtig zijn geworden bij het accepteren van nieuwe cliënten, vooral wanneer het zou gaan om aanzienlijke stortingen en overmakingen. Deze personen en instanties moeten heel goed gescreend worden, want er lopen nu reeds veel te veel witwassende criminelen in dit land rond, die Suriname internationaal tot een high risk country hebben weten te brengen. We moeten alle zeilen bijzetten om dit land van die besmeurde vlag op de boeg van het schip Suriname, te verlossen. Alleen als dat gebeurt, zullen ook de externe investeerders met grote belangstelling naar ons land kijken.
Zoals de zaken er tot op heden voorstaan, verkeren onze banken in een sandwich situatie, waarbij ze strak in de gaten gehouden worden door het CFATF, buitenlandse correspondentiebanken, externe overheden, onze eigen Centrale Bank, anti-narcotica-instituten, investeerders, en niet in het minst de Justitie. De personen die rekeninghouder wensen te worden, zullen aan een antecedentenonderzoek gevolg moeten geven en alle gegevens van zichzelf en zijn of haar onderneming op tafel moeten leggen. Pas wanneer alles volgens de bank als acceptabel en bonafide kan worden aangemerkt, is de weg vrij een aansluiting bij de instelling te krijgen.