De rij- en voertuigenbelasting is ingevoerd en is reeds ingegaan. Veel mensen hebben deze  belasting al voldaan, terwijl anderen de betaling uitstellen. Zij hopen dat de protesten van diverse groepen tegen deze belasting, ertoe zal leiden dat de regering de rij- en voertuigenbelasting in zal trekken. Het is bijna logisch dat met de invoering van deze belasting de prijzen van producten in de winkels omhoog zullen gaan, omdat investeerders de kosten zullen doorberekenen in de prijzen. Grote bedrijven met tal van voertuigen zullen eveneens deze belasting doorberekenen in de prijzen van hun producten en of diensten. De consument zal nog dieper in de buidel moeten tasten. Gevreesd wordt dat de bustarieven ook omhoog zullen gaan. De kans is groot dat bushouders de bussen in de garage zullen houden. De voorzitter van de Particuliere Lijnbushouders Organisatie, PLO, John Mahadewsing, heeft dit al onder de aandacht van de media gebracht. Een schrijven aan de minister van Financiën voor vrijstelling van de belasting heeft niets opgeleverd. Dit terwijl de bushouders sinds 2016 geen verhoging meer hebben gehad. Volgens Mahadewsing kunnen de bushouders de belasting niet opbrengen en zullen zij om te voorkomen dat zij een boete krijgen, de bussen misschien in de garage laten staan. Iedereen zit vol spanning te wachten op wat de gevolgen van de rij- en voertuigen belasting zullen zijn. Er is een rechtszaak in voorbereiding tegen de regering. Zal de staat gelijk krijgen of niet? De wet is al afgekondigd en kan niet zomaar teruggedraaid worden. Velen hebben daarom de belasting betaald en wachten op de belofte van de regering om met 10 procent van de opbrengst wegen te rehabiliteren. Overal heerst er spanning. De bom tikt langzaam. Wij zijn benieuwd of het bij tikken blijft, want de kans is groot dat de bom ontploft als de uiterlijke betaaldatum verstreken is en de boetes opgelegd worden.