Stanley Oosthuizen, project coördinator van Agricultural Technology and Extension Specialist, zegt dat de grootste uitdaging voor het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), het gebrek aan getraind kader op landbouwgebied is. Er zijn weinig mensen op het ministerie die een landbouwstudie of -training hebben gevolgd. “Het personeel moet de boeren de juiste informatie kunnen geven.” Deze trainingen kosten heel wat geld en zijn daarom een grote uitdaging voor het ministerie. Oosthuizen gaf dit vandaag aan bij het Annual Accountability Seminar in het SAIS-gebouw van LVV. Het seminar wordt elk jaar door het Inter-American Institute for Cooperation on Agroculture Delegation in Suriname (IICA) georganiseerd met als doel om de gemeenschap te informeren over de activiteiten die het IICA en LVV het afgelopen jaar hebben ontplooid en wat er in planning ligt voor het volgend jaar. IICA helpt LVV met technische ondersteuning en het verzorgen van trainingen voor het personeel en bedrijven. IICA verzorgt de trainingen kosteloos.
Tijdens het seminar spraken Oosthuizen en Dino Demidof over de activiteiten. Voor wat betreft de productie en concurrentie voor Surinaamse boeren, zegt Oosthuizen dat Surinaamse boeren niet optimaal produceren, omdat zeker de helft van de vijfduizend boeren niet fulltime werkt. Hij geeft verder aan dat vanwege onze kleine bevolking er geen concurrentie is met grote landen als Amerika, Brazilië en landen in Azië en Afrika, waar arbeid goedkoop is waardoor er ook veel geproduceerd wordt. LVV zal volgens Oosthuizen systemen moeten zoeken om onze producten te organiseren om toch high value markets te betreden.
Voor dit jaar is een aantal trainingen gepland die gericht zijn op onder andere organische landbouw en verpakking van producten. De grootste activiteit is het trainen van binnenlandbewoners om van de shifting cultivation over te stappen naar permanente landbouw. Het afgelopen jaar is het grootste project dat gerealiseerd is het Agro Eco Project, in onder andere het Carolina gebied, Powakka en Pierre kondre. Volgens Oosthuizen zijn de resultaten zichtbaar binnen deze dorpen, gelet op het multi- functioneel centrum en museum dat is opgezet, bij Jodensavanne zijn er toiletten gebouwd, te Blaka watra is een EHBO-gebouw gerenoveerd.
Djoemadie Kasanmoesiran, directeur bij LVV kondigde aan dat het ministerie ernaar streeft om de uien- en fruitsector verder te ontwikkelen. Daarom zal het ministerie haar samenwerking met IICA continueren om de ontwikkeling van de lokale landbouwproductie te bevorderen. Volgens Kasanmoesiran ziet de overheid het belang in om door te gaan met een strategie ter bevordering van een brede, nationale en regionale participatie en samenwerking.
-door Kimberley Fräser-