Waarnemend president Brunswijk sprak onlangs in De Nationale Assemblee in de stijl die het volk graag hoort, over het veiligheidsbeleid: “Tak’ nanga yu pikin dat a no go roof. Want als je een kind verliest, skowtu sutu yu kiri, dan a ma lasi. Van hieruit doe ik ook een beroep tapu ala den brada nanga sisa san e go roof. Vanaf tamara a trafra o draai. En ik mag u zeggen, de politie gaat heel hard optreden. Dan ye no mus taki baka tamara, politie treedt te hard op.” Een lust in de oren van Surinamers die nog steeds denken dat ‘hard optreden’ een simpele oplossing is voor het complexe probleem van geweldsdelicten. Soortgelijke boodschappen door politici in functie zoals Van der San en Belfort, hebben eerder geen daling in de criminaliteit teweeggebracht.
De samenleving is daadwerkelijk recent nog opgeschrikt door brute en militaristisch operatief ogende roofovervallen, zoals in de International Mall of Suriname, poging tot moord tijdens een beroving te Paramaribo-Zuid en een dubbele liquidatie te Paramaribo-Noord.
Veiligheid is het resultaat van beleidsmatig politiewerk, een ontwikkelingsstrategie gericht op verbeterde kansen voor de groep kansarmen en een systeem gericht op reclassering en rehabilitatie. Een aantal simpele feiten drijven de georganiseerde en de gewelddadige misdaad. De aanwezigheid van sociopaten en psychopaten, met een drijfveer naar geweld en een ongezonde inschatting van kansberekening. Een zwak stelsel van patrouille en controle, waardoor de kans om op heterdaad of kort na het misdrijf opgepakt te worden, klein is. Een instroom van jonge criminelen, omdat studie en de toegang tot onderwijs stelselmatig achteruit gegaan zijn. En een gebrek aan serieuze hervorming, als de crimineel eenmaal veroordeeld is, waardoor recidivisme van iemand die de fout in gaat, een beroepscrimineel maakt.
Als onder hard optreden verstaan moet worden, hogere straffen en meer geweld, dan moeten de optredens eerst op het juiste moment aanwezig zijn, om in het geheel op te kunnen treden. Met de perikelen rond overuren bij zowel politie, militairen als penitentiaire ambtenaren, is de kans daarop vrij klein. Als zij vervolgens wel optreden, moet dat volgens Brunswijk en volgens de juichende menigte, ‘hard’. ‘Hard’ kan betekenen met veel geweld. Het Politiehandvest laat dat toe, in geval van ontdekking op heterdaad. De inschatting van hoeveel geweld proportioneel is, is namelijk aan de politiefunctionaris daar aanwezig, wiens getuigenverklaring achteraf, zeker in teamverband, zwaarder zal wegen dan dat van de crimineel. Zijn de verdachten eenmaal onder bedwang, dan is er excessief geweld, simpelweg mishandeling en dus staatsgeweld. Niet alleen strafbaar, maar ook een onrechtmatige overheidsdaad. Geen duurzaam recept voor bestrijden van criminaliteit.
De andere wijze waarbij optreden ‘hard’ kan zijn, is in de bestraffingen. Daar komt de politie in het geheel niet aan te pas. De strafmaat wordt na een strafproces door een strafrechter opgelegd. En die behoren geen opdrachten of aanwijzingen van de uitvoerende macht en al in het geheel niet van de waarnemend president aan te nemen. De spierballentaal van de waarnemend president zal dus geen enkele tafel doen keren.
Wat onder omstandigheden wel de veiligheid kan vergroten, is het verbeteren van data-uitwisseling, waaronder digitale beeldverzameling van telefoons, sociale media en camera’s in de omgeving. Campagnes voor de bereidheid van omwonenden en nabijgelegen bedrijven om die beelden te delen. Versnelde video-analyse. Meer uren en voertuigen voor uitrukteams. Onderzoeks- en recherchewerk aan de hand van forensisch bewijs, waaronder DNA-bewijs. Investeringen in laboratoria. En een brede basis aan goed opgeleide sociaal werkers en reclasseringsambtenaren, die criminelen uit een loopbaan van gewelddadige criminaliteit houden en overtredingen en misdrijven zo veel mogelijk tot een eenmalig gebeuren maken, omdat degene die de fout in gaat, een kans heeft op een andere manier in eigen menswaardig bestaan te kunnen voorzien. Surveillance taken kunnen door surveillance teams, samen te stellen uit verschillende gewapende machten en overheidsorganisaties, met technologie zoals drones ingezet worden. Een focus op helers van gestolen grondstoffen, zoals koper en bouwmaterialen, kan het zenuwcentrum van gestolen goederen lamleggen, in plaats van individuele verslaafden aan te pakken, wat onbegonnen werk is. Predictive policing en andere data-analyse kan voor met name gewapende overvallen, de inzet van mankracht aansturen. En undercover werk moet aangehouden worden om criminele en corrupte netwerken, waaronder bij de politie en douane zelf, onklaar te maken en overtreders succesvol te veroordelen.