In de schaduw van geweld komt de bloem van het recht moeizaam tot bloei. De politieke triomfen en travailles van de hoofdschuldige en de perceptie van zijn capaciteit tot groepsgeweld, hebben een lange schaduw geworpen over een dossier waarin het bewijs van zijn betrokkenheid en schuld, altijd alom aanwezig was. Uitzondering na uitzondering is gemaakt in iedere fase van het strafrechtelijk onderzoek en daarna het strafrechtelijk proces en de redenen dat hij na veroordeling en bevestiging nog altijd in alle vrijheid zich voortbeweegt, is omdat de wet simpelweg opgerekt is door personen belast met de toepassing ervan, jaar in, jaar uit, bij iedere stap weer. ‘Vul-in-wie’ moet nu hun werk doen, klinkt het telkens vanuit de president, het Openbaar Ministerie, de Krijgsraad, het Hof van Justitie, de internationale gemeenschap, maar kans na kans op vrijheidsbeneming, is ontlopen. Voorarrest bleef uit. Arrestatie bleef uit. Gevangenneming bij verstekveroordeling bleef uit. Gevangenneming hangende afwezigheid bij verzet bleef uit. En inmiddels is ook sedert 20 december 2023, na uitspraak in kracht van gewijsde, waartegen geen enkel nationaal rechtsmiddel openstaat, geen in gevangen neming gelast of uitgevoerd. Het Wetboek van Strafvordering is klaarblijkelijk voor iedereen anders, maar niet voor deze veroordeelde(n). Het nieuw advocatenteam, dat zich grotendeels in zwijgen hult, heeft vermoedelijk niet al te veel met het Wetboek van Strafvordering te maken.
Het betreft een jonge, deskundige groep aan advocaten wiens track record op het gebied van respectievelijk strafrecht, bestuursrecht, internationaal recht en mensenrechten meer aanwijzingen geeft dat de route door mr. Kanhai in twee instanties bewandelt en deels vanaf het OCER-podium, uitgewisseld, tot het verleden behoort.
Het Openbaar Ministerie en het Kabinet van de President, hebben als bij gratie betrokken instanties, voor het belang, het gewicht en de maatschappelijke betekenis van het dossier, te veel en te lang onduidelijkheid laten bestaan over het wel of niet ontvangen hebben van een verzoek tot gratie.
De president, als politicus, als voorzitter van de grootste coalitiepartij en als Vader des Vaderlands, heeft onvoldoende inzichtelijk en onvoldoende expliciet durven zijn over zijn mening over een simpele ja – of – nee kwestie: of de veroordeelde dader wel of niet in het gevang thuishoort en of pogingen na de veroordeling daartoe, zoals gratie of een buitenwettelijk verzoek tot opschorting van de straf, bij hem gehoor kunnen vinden. De vlucht telkens zoeken in juridische formaliteiten, hult in nevelen, wat in marmer gebeiteld zou moeten zijn, voor een functionaris die de trap naar het hoogste ambt, bestegen is, via de belofte van wet en recht.
Het is geen van de instanties verboden om de brieven, verzonden door het juridisch team, in overweging te nemen. Om echter het etiket van zorgvuldigheid en van onderzoek te hangen aan wat terughoudendheid en aarzeling is, voor gevangenneming, is niet zuiver, niet juist en niet rechtvaardig. Aan de veroordeelde komt iedere ruimte voor iedere brief en iedere klacht toe. Terwijl hij de straf uitzit waarvoor hij veroordeeld is, in gevangenschap. Gematigdheid in het nastreven naar rechtvaardigheid, is geen deugd. Een van de advocaten staat bekend als een doorwinterde strafprocesspecialist, terwijl de tweede als oud-politiefunctionaris, netwerk- en praktijkvoordelen heeft. De reactie zijdens de procureur-generaal, noemt de intentie tot een civiel rechtelijk oordeel over de mensenrechtenaspecten, een rechtsgebied waarin de derde van de genoemde advocaten regelmatig betrokken is op nationaal niveau, terwijl de vierde en vijfde advocaat uit het team, niet alleen internationaal bijstand verlenen voor rechtspleging, maar zelfs de staat Suriname vertegenwoordigen en vertegenwoordigd hebben bij internationale organisaties, tribunalen en gerechtelijke instanties.
Het Openbaar Ministerie heeft reeds een afwijzing, bij pen van de procureur-generaal, met gronden van afweging, kortweg, de systematiek van de wet, publiekelijk gemaakt.
Daaruit blijkt nu al, dat de keuze zijdens de veroordeelde(n) om klaarblijkelijk niet nadrukkelijk gratie te verzoeken, hen duur kan komen te staan.
Te meer nu de veroordeelden voor aanmelding ter gevangenneming zich dienen te melden op vrijdag 12 januari aanstaande en daar nadrukkelijk door het Openbaar Ministerie toe aangeschreven zijn.
Geruchten als zou een veroordeelde medisch bijzondere omstandigheden hebben, lijken te worden ondervangen met bouwwerkzaamheden voor een beveiligd gedeelte voor gevangenen, nabij het Militair Hospitaal in de omgeving van de Flustraat.
Uitvoering en vervolg moeten afgewacht worden, maar meerdere actoren hebben zich tot nog toe, rechtsstaat waardig ingespannen en opgesteld.
R.B.
