ECONOMIE STRUCTUREEL NIET AANGEPAKT

De regering Santokhi-Brunswijk nam regeerverantwoordelijkheid en de economie over in een diep gat. Regering Bouterse-Adhin kon de financiële verplichtingen niet nakomen en was zelfs het zicht op het uitbetalen van salarissen kwijtgeraakt. Lokale banken (en op de achtergrond cambio’s en kopstukken uit het bedrijfsleven) stelden voor een overbruggingskrediet de keiharde eis, dat Bouterse-Adhin vervroegd de macht over moesten dragen, wat zij ook een maand eerder dan gebruikelijk deden.

Het is niet overdreven om te zeggen dat na februari 2020, protestacties, de bijna twee derde meerderheid, het omarmen door de internationale gemeenschap, het wegvluchten van Hoefdraad en de motie van vertrouwen vanuit financieel en ondernemend Suriname, Santokhi-Brunswijk op een golf van vertrouwen de economie tegemoet kwam surfen, met een bijna onbegrensd besef alom, dat business as usual ongezond, onacceptabel en onhoudbaar was, voor de Surinaamse economie.

Tegelijkertijd was binnenkamers een partijpolitiek beeld ontstaan dat het Surinaamse volk, het Surinaamse electoraat, koste wat kost, niet mocht rondlopen met de idee dat er grote offers door hen gebracht zouden worden. Er moest vrij vroeg een beeld ontstaan van Santokhi als een betere bestuurder en een beter signaal voor de economie, dan niet alleen Bouterse zelf, maar vooral ook dan Venetiaan, die had het triumviraat van een eenvoudige president, een zwijgzame minister van Financiën en een vertrouwen uitstralende governor van de Centrale Bank. Die zou geen wonderen verrichten, maar met kalmte en juist door het wegblijven bij belovend taalgebruik, door een bepaalde mate van een voorbeeldfunctie en door karakter in een voortrekkersrol, de hevige onrust uit de markten wegwerken.

Santokhi had Santokhi, Santokhi en Santokhi. Hij voerde geen veranderingen door bij de Centrale Bank, hoewel hij moeite nam en neemt, bij iedere bocht de governor van de Centrale Bank af te schilderen als niet behorend bij Santokhi, niet tippen aan Santokhi en bestaand en functionerend bij de gratie van Santokhi. Hij kreeg door interne politieke sabotage, niet zijn droomkandidaat en rubberen stempel als minister van Financiën, maar een technocraat, zonder VHP-lidmaatschap, die zich meer liet leiden door geweten en economische wetmatigheden, zonder enig kwaad woord richting de president, maar niet de kneedbaarheid en bestuurbaarheid waar Santokhi naar op zoek is in werkarmen, te bezitten.

Belangrijker dan wie wel in het team zat, was wie niet welkom was in het team. Hoewel binnenskamers, was de instructie duidelijk: geen enkele Venetianist was welkom in het economisch team, het IMF-team of het onderhandelingsteam van Santokhi-Brunswijk. Politiek was de herinnering aan Venetiaan een politiek risico. Santokhi wilde de voormalige president niet alleen overklassen, hij meende ook dat de herinnering aan de offers, gebracht onder Venetiaan, impliciet ondermijnden, wat hij zelf wilde neerzetten: een bliksemschicht van herstel, binnen tweehonderd dagen, in plaats van een zandloper van stabiliteit die korrel voor korrel een hoopje vormde, waar investeerders van buitenaf naar zouden kijken, met gematigde verwachtingen. Dus werden leiders uit die tijd met ervaring bij de deviezencommissie, bauxietcommissie, Centrale Bank, belasting, het bankwezen en financiën met een Grun Djari geur aan zich, aan het lijntje gehouden als het aankwam op input en op inspraak, in hoe de economie aangepakt zou worden.

Het is inmiddels duidelijk, dat het wederopbouwplan van de VHP gebaseerd was op pure fictie: de basis van het geheel was diaspora kapitaal, privaat kapitaal van USD 475 miljoen in drie jaren tijd. Buzzwoorden als ‘fresh capital’ werden voor deze sprookjesachtige instroom uit de kast gehaald, maar drie jaren verder, is er geen rooie stuiver uit voortgekomen en is het diasporateam vaker refreshed dan de livescores van goal.com tijdens de clasico.

De keuze voor de absoluut verkeerde mensen, tijdens de formatie, ging gepaard met een andere structurele blunder, gestoeld op politieke inzichten van niemand minder dan Santokhi zelf, had die zich destijds, Karl Rove, Ron Klain en Rahm Emanuel ineen waande, als het op politieke tactieken en technieken neerkwam: het Structureel Aanpassings Programma moest vermeden worden, in woord, in daad en in beeld.

Behalve dat er dus niemand die Venetiaans economisch herstel gerealiseerd had, op de foto moest in de buurt van Santokhi’s herstelteam, werd in alle communicatie met de meeste klem afstand genomen van alles wat structureel was, alles wat aanpassing vereiste en alles wat als programma klonk. Nee, aanpassing was nodig van bestuur en bestuurders, maar niet van hoe het volk leefde, bespaarde of uitgaf. De nieuwe ministers moesten hun plichten verdubbelen en rechten halveren, klonk het dichterlijk vanaf het inauguratie podium. Niet met bijvoorbeeld het afzien van defilé tijdens covid. Maar gewoon, tsja, in een speech. Programma’s deed Santokhi niet aan, nee ‘pakket van maatregelen’ was het volgende buzzword, dat bij vriend ‘Mark’ en zijn communicatie team geleend werd.

Maar, om de cirkel rond te maken en de langspeelplaat naar de A-zijde terug te keren, met name STRUCTUREEL, had niemand van Santokhi iets te vrezen. De problemen waren volgens zijn analyse helemaal niet structureel en de oplossingen hoefden dat niet te zijn. ‘Goed bestuur’, zijn bestuur, zou alles in 200 dagen rechttrekken. Als een sheriff die het dorpje binnenwandelt, de saloondeuren openzwaait, de revolvers laat spreken en bij klokslag twaalf uur, de rust hersteld heeft.

Dus verwijzen de VES en oud-voorzitter Ramautarsing wederom naar het uitblijven van maatregelen die de productie verhogen. Die zijn er niet geweest. Maatregelen die ons minder import afhankelijk maken, zijn ook uitgebleven. Een regeringsbegroting waarbij aan bezuinigingen, uitgaven gericht op een gezond bedrijfsleven, lagere kosten voor het ambtenarenapparaat, nog niet aan gewerkt is. En met monetaire financiering in het vernieuwde jasje van OMO, heeft Santokhi in al zijn afstand tot Venetiaan, heel weinig afstand genomen van Bouterse, als het op economie en bestuur aankomt.

Een andere conclusie dan Ramautarsing en de VES trekken is dus niet serieus mogelijk: fundamentele problemen in de economie zijn niet aangepakt. Santokhi was dat ook nooit serieus van plan. Hij heeft gegokt op betere marktprijzen voor goud en olie en heeft daarmee goed gegokt. Hij heeft ook gegokt op meer productie van olie en daarmee fout gegokt. De final investment decision is bijna twee jaar verlaat. Daarmee is ook de start van productie bijna twee jaar verlaat. Dat wil zeggen dat 2030 als exploitatiedatum zelfs te rooskleurig is. En olie niet alleen deze regeerperiode niet heeft kunnen redden, maar ook voor de volgende, niet de redding zal zijn.

Misschien dat het tijd wordt voor deze president of de volgende, om toch wat serieuzer over structurele aanpassingen na te gaan denken.

R.B.

More
articles