Volgens de president Chan Santokhi is de regering bezig met het uitwerken van een plan om producten betaalbaarder te maken voor de consument. Hij zegt dat er rekening moet worden gehouden met het feit dat Suriname een importland is, en dus afhankelijk van het buitenland. “Op het moment dat grote schepen Suriname niet meer kunnen aandoen door een ondiepe rivier, zullen de reders met kleinere schepen komen en met minder vracht. Of zullen hun vracht elders plaatsen voor overlading en daar moet extra voor betaald worden om de lading hier te krijgen met kleinere boten, en die extra kosten worden doorberekend aan de consument, met als gevolg dat die meer betaalt. Tijdens Covid zijn ook alle vrachtprijzen omhoog gegaan waardoor er extra kosten bij kwamen”, aldus de president.
Volgens Santokhi is het van belang dat de vaargeul op een dusdanig niveau komt dat grote schepen kan accommoderen, waardoor de extra kosten kunnen worden weggewerkt. Maar ook in Oil en Gas ziet de president een mooie toekomst. “Als land krijg je veel investeringen van internationale oliemaatschappijen en internationale bedrijven in de vorm van havenfaciliteiten, maar als ze niet binnen kunnen komen, gaan ze in andere landen investeren. Het risico was groot, men heeft ingegrepen en er wordt geïnvesteerd met lokale bedrijven. De plannen zijn allemaal geïdentificeerd door verschillende ministeries. Bij de voorafgaande dialoog hebben stakeholders en organisaties aangegeven, wat hun prioriteiten waren en samen is een plan ontwikkeld met alle activiteiten naar alle sectoren die financierbaar zijn”, aldus Santokhi.