President Chandrikapersad Santokhi, heeft op 17 april de wet houdende nieuwe regels voor het Centrale Bankwezen in Suriname (‘Centrale Bankwet 2022’) bekrachtigd. De wet vervangt de Bankwet uit 1956. De nieuwe Centrale Bankwet 2022 werd in juni vorig jaar door De Nationale Assemblee goedgekeurd. De nieuwe Bankwet bevat wettelijke bepalingen en procedures die de onafhankelijkheid van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) moeten waarborgen. De nieuwe Bankwet 2022 is in essentie bedoeld om politieke beïnvloeding vanuit de regering of enige andere instantie op de Centrale Bank te voorkomen. Hoewel de nieuwe Centrale Bankwet op het gebied van Governance, Compliance en Risk zaken actualiseert naar de huidige situatie, kunnen wij nog niet voor de 100 honderd procent zeggen dat deze wet het nodige vertrouwen geeft. Om maar een voorbeeld te geven: artikel 22 en 23 vernauwen wel misbruik van de CBvS en politieke willekeur door de overheid, maar artikel 21 en 47 laten de deur wagenwijd open voor monetaire financiering. Artikel 27 bevat een schijnbeperking, want aan ‘gemotiveerde aanvraag staat’, zijn geen vereisten verbonden. Verder bevat artikel 27 een overall strak verwoord verbod op overmatige overheidsbemoeienis, bevoorschotting van ruim beleid en vooral, monetaire financiering. Hetzelfde artikel, samen met artikel 47, maakt het mogelijk uitzonderingen te introduceren om de regering in staat te stellen vrij gemakkelijk uitzonderingen te verzoeken. Hoewel de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) vorig jaar augustus duidelijk heeft aangegeven, dat monetaire financiering onder geen beding in de wet mag worden toegestaan, heeft de meerderheid van De Nationale Assemblee (DNA) dit toen ongewijzigd goedgekeurd. Deskundigen hebben reeds gewaarschuwd, dat de staat de ruimte niet moet hebben om onder ‘buitengewone omstandigheden’ toch weer een beroep te kunnen doen op de kredietfaciliteiten van de Centrale Bank, want dan is de deur open voor de volgende economische crisis. We hebben allemaal gezien wat er is gebeurd met de covid-wet en hoe het geld in dat fonds weer is uitgegeven aan sympathisanten van de paarse regering. De nieuwe Bankwet moet naar onze mening, waterdicht zijn en niet de mogelijkheid bieden dat er toch nog gelden getrokken kunnen worden. De minister van Financiën en de governor van de CBvS zijn dan wel overeengekomen om niet aan monetaire financiering te zullen doen, maar dat is slechts voor de periode van het EFF 2022-2024 met het IMF.
Wat moeten we dan na die periode verwachten? Wat als er weer een nieuwe governor of minister van Financiën rond die tijd aanzit, dan kan deze overeenkomst tussen de twee monetaire autoriteiten overboord gegooid worden, onder het mom van een noodsituatie. De mazen zijn te groot, want wij weten dat elke crisis kan worden aangegrepen om een beroep te doen op de kredietfaciliteiten van de CBvS. We weten inmiddels dat dit reeds heeft plaatsgevonden in het verleden en doordat er wordt gegrepen naar monetaire financiering, devalueert onze munt. We zien dit de afgelopen jaren gebeuren, want de SRD’s die in de samenleving in omloop worden gebracht, zorgen voor verdere inflatie. Zie de dagelijkse stijging van de wisselkoersen. Dit loopt totaal uit de hand. Daarbij zijn wij ook niet vergeten, dat er containers met geld zijn binnengekomen de afgelopen jaren en wij weten inmiddels, wat het drukken van geld zonder dekking betekent voor een economie. Telkenmale wordt het Surinaamse volk verder uitgebuit en dit heeft tot gevolg, dat een groot deel van onze landgenoten verarmt. Wat is gebeurd met de breedste schouders zouden de zwaarste lasten dragen? De middenklasse behoort naar onze mening, niet tot de groep die onder de noemer ‘breedste schouders’ valt. Toch betalen wij elke dag de meeste belasting. Die middenklasse is nu vervallen tot de werkende klasse die elke dag vecht om te overleven en de eindjes nauwelijks aan elkaar kan knopen. Maar de bigi dagu’s die concessies hebben en grootgrondbezitters zijn, worden ontzien door de regeerders, terwijl het arme volk dagelijks de verhoogde prijzen blijft betalen.