Het nieuwe Medisch Tuchtcollege en het Advocaten Tuchtcollege zijn een feit. Deze twee toezichthoudende organen zijn op donderdag 24 februari door president Chandrikapersad Santokhi geïnstalleerd. ‘’De tuchtcolleges instrumenten die de rechtsstaat verder moeten versterken’’, sprak de president. Beide organen worden voorgezeten door mr. Anandkumar Charan.
In het Advocaten Tuchtcollege hebben zitting: mr. Robert Praag (plaatsvervangend voorzitter), mr. Sandra Punwasi-Raghoebier (lid), mr. Nailah van Dijk (lid), mr. John Wouter (plaatsvervangend lid) en mr. M. Wesenhagen (secretaris). Tot de leden van het Medisch Tuchtcollege behoren: mr. Suzanna Chu (plaatsvervangend voorzitter), dr. Walther Jap Tjoen San (lid), dr. A. Souma (lid) en drs. Dharma Ramautar- Gangaram Panday (plaatsvervangend lid). Het is de taak van het Medisch Tuchtcollege om toezicht te houden op de handelingen alsook de uitoefening van tucht over verschillende functionarissen in de medische richting. Hieronder vallen geneesheren, tandheelkundigen, apothekers en vroedvrouwen. Bij de taak van dit orgaan hoort ook het aandragen van oplossingen van geschillen. Het Advocaten Tuchtcollege behandelt klachten omtrent het handelen of nalaten van advocaten dat in strijd zijn met de zorg die zij behoren te betrachten ten opzichte van degenen wiens belangen zij als zodanig behartigen of behoren te behartigen. Het college behandelt tevens klachten betreffende onbetamelijke handelingen of gedragingen van advocaten.
De zittingsduur bij het Medisch Tuchtcollege is drie jaar en bij het Advocaten Tuchtcollege vier jaar. Van beide organen is de zittingsduur reeds verstreken en moest er hieraan invulling worden gegeven. Volgens het staatshoofd kan het niet zo zijn, dat zittingstermijnen van zulke belangrijke colleges verstrijken. Het gaat om colleges die garant staan voor de democratie van ons land. Beide tuchtcolleges hebben een toezichthoudende taak, alsook de taak om in geval van geschillen oplossingen aan te dragen. De president belooft de volle ondersteuning van de regering aan beide instituten. Hij spreekt de hoop uit, dat de leden de toevertrouwde taken naar eer en geweten zullen uitvoeren.