NGO Transparency International heeft onlangs gepubliceerd dat Brazilië twee posities verloren heeft op de wereldranglijst voor corruptie en hierdoor op de 96e plaats is beland op de wereldranglijst. Het onderzoek dat jaarlijks gepubliceerd wordt door de NGO Transparency International, rangschikt 180 landen op basis van waargenomen niveaus van corruptie in de publieke sector. De publicatie verwijst naar het jaar 2021, waar Brazilië is blijven steken met 38 punten, van de mogelijke 100, en verloor daarbij twee plaatsen. Op de schaal betekent een score van 100, een land dat als zeer integer te boek staat, terwijl een score van 0 staat voor zeer corrupt.

NGO Transparency International haalde ook aan, dat Brazilië tegenslagen geleden heeft in het wettelijke en institutionele kader voor corruptiebestrijding  en wel ten gevolge van acties van de federale regering, het Congres en de rechterlijke macht. Volgens de instantie geraakte de Braziliaanse situatie verergerd door onder meer buitensporige inmenging in anticorruptie-instanties.

Ook werd er naar voren gebracht, de crisis van de democratie in verband met het verhoogde risico op corruptie. “Naarmate rechten en vrijheden afbrokkelen, neemt de democratie af en maakt plaats voor autoritarisme, wat op zijn beurt een grotere mate van corruptie mogelijk maakt”, aldus de publicatie. Een van de meest verontrustende voorbeelden van deze democratische erosie, was de poging van het Rio de Janeiro-raadslid Carlos Bolsonaro , zoon van president Jair Bolsonaro, om het spionage-instrument Pegasus, naar Brazilië te brengen.

In de verklaring waarin het de resultaten vrijgeeft, citeert Transparency International Bolsonaro’s “antidemocratische aanvallen”, die zouden hebben geleid tot “ernstige inmenging in instellingen die essentieel zijn voor de bestrijding van grootschalige corruptie, zoals de federale politie en het bureau van de procureur-generaal”. De entiteit keurde ook “rechterlijke beslissingen die hebben geleid tot de nietigverklaring van vonnissen die al waren uitgesproken door geavanceerde instanties van Justitie” af, zonder namen daarbij te noemen. Vorig jaar vernietigde het Federale Hooggerechtshof de veroordelingen van Lava Jato tegen voormalig president Lula. Volgens Transparency International creëren deze nietigverklaringen van een vonnis een situatie van juridische onzekerheid en de perceptie van straffeloosheid in gevallen van grootschalige corruptie met ernstige gevolgen voor de mensenrechten. Denemarken, Finland en Nieuw-Zeeland zijn in vergelijking met Brazilië de drie hoogst scorende landen ter wereld. Elk land werd beoordeeld met 88 punten, 50 meer dan Brazilië, op een totaal van 100. Het slechtste op de ranglijst staan Somalië, Syrië en Zuid-Soedan.