NRA: Centrale Bank heeft geen uitgeschreven toezichtprogramma voor banken

De Centrale Bank van Suriname (CBvS)is de toezichthouder voor de banken. Zij is duidelijk geïdentificeerd in de wet- en regelgeving met de juiste bevoegdheid en het mandaat om de AML-compliance controle op de financiële instellingen uit te voeren. Het Directoraat Toezicht Kredietwezen is verantwoordelijk voor het bedrijfseconomisch-, het integriteits- en structuurtoezicht. Het beleid van de afdeling Toezicht Banken is gebaseerd op het strategisch plan 2018- 2021 van de Centrale Bank van Suriname. Uit het strategisch plan vloeien de prioriteiten/ aandachtsgebieden voort, die door de afdeling worden uitgewerkt in jaarplan(nen) voor de afdeling, alsook voor de individuele medewerker. In het jaarplan wordt onder andere het aantal inspecties voor het jaar gepland. Uit het onderzoek van de National Risk Assessment (NRA) komt naar voren, dat er geen uitgeschreven, op risico gebaseerd toezichtprogramma is. “De AML/CFT inspectie heeft voor het eerst in 2013 plaatsgevonden. In de afgelopen 5 jaren is er steeds meer aandacht besteed aan integriteitstoezicht.

Er heeft verdere verdieping plaatsgevonden in de AML/CFT inspecties. Naast de technical compliance en het dossieronderzoek, wordt ook aandacht besteed aan rekening- en transactie-monitoring van onder meer high risk cliënten om vast te stellen, of transacties passen binnen het risicoprofiel van de cliënt en of de instellingen voldoen aan hun meldplicht, als daartoe aanleiding bestaat”, aldus de NRA.

Onderzoek

Het kwantitatief onderzoek van de NRA, wijst uit, dat er in 2015 en 2016, zes (6) on-site inspecties per jaar hebben plaatsgevonden en in 2017 en 2018, zeven (7) on-site inspecties. “De off-site monitoring geschiedt op alle banken en is een continu proces.

De afdeling Toezicht Banken verricht off-site monitoring bij prudentieel toezicht, voornamelijk het verwerken en analyseren van dagrapportage’s, wekelijkse en maandelijkse rapportages, het maken van kwartaal-, halfjaarlijkse en jaarlijkse analyses en de afhandeling van diverse aanvragen met betrekking tot gekwalificeerde aandeelhouders en leden van de directie en RvC (‘fit & proper test’). Verder is de afdeling verantwoordelijk voor het aanleveren van data voor internationale organisaties”.

Met betrekking tot het integriteitstoezicht wordt volgens de NRA sinds 2018 – vóór de aanvang van de on-site inspectie -, informatie opgevraagd. Ook wordt aan de instelling gevraagd om een Integriteits Compliance matrix in te vullen. De matrix betreft alle onderdelen van de richtlijn AML/CFT. “Vanaf begin 2018 is een separate ‘compliance rating’ geïntroduceerd (‘compliance rating’ on-site inspectie), conform het systeem van Caribbean Financial Action Task Force (CFATF). Voorheen werd AML/CFT meegewogen onder het component Management (M) van de ‘Capital adequacy, Asset quality, Management, Earnings, Liquidity, and Sensitivity’ (CAMELS) rating. De ’compliance rating’ on-site inspectie is vooralsnog een vereenvoudigd ratingsysteem dat is gericht op zowel de technical compliance als de effectiviteit”, stelt het rapport vast.

AML/CFT rapport

“Naast de afzonderlijke on-site inspectierapporten, wordt ook een halfjaarlijks AML/CFT rapport opgesteld dat samenvattend de bevindingen van de verrichte inspecties in die periode weergeeft, en tevens een beeld geeft van de risico’s/aandachtsgebieden in de sector. Echter heeft er nog geen sector-brede risicoanalyse plaatsgevonden, in het bijzonder aangaande inherente risico’s. Er moet worden opgemerkt dat gezien het feit, dat er geen aparte afdeling is die verantwoordelijk is voor het integriteitstoezicht, de prudentiële toezichttaken zijn verruimd met de AML/CFT toezichttaken en dit ten nadele kan zijn (qua kennis/aandacht/ vaardigheden) voor zowel het prudentieel, alsook het AML/CFT toezicht dat van steeds grotere betekenis wordt. Er is geen uitgeschreven procedure om rapporten en registerresultaten op systematische wijze op te stellen en effectief te gebruiken, maar in de praktijk wordt op een uniforme manier gewerkt”. Uit rapportages vanuit de bankensector blijkt dat de Centrale Bank van Suriname vaker kiest voor moral suasion, namelijk het voeren van gesprekken om tot een bepaalde gedrags- en structuurverandering te komen. Banken erkennen de autoriteit van de CBvS. Indien DTK niet tevreden is over de voortgang van het actieplan, er onvoldoende verbetering blijkt bij de volgende inspectie of als de bank zich niet houdt aan een bepaalde verplichting, kan de Centrale Bank van Suriname de instelling een aanwijzing opleggen en plaatsen onder ‘verhoogd toezicht’. “Dit houdt in dat de instelling vaker zal moeten rapporteren. Vanuit de rapportage van de banken blijkt niet dat er een verschil in beoordeling zou zijn. Hoewel er geen procesbeschrijving is van de werkzaamheden, kan gerefereerd worden naar de standaardprocedure voor het uitvoeren van de on-site inspecties en beoordeling conform het ratingsdocument. Hoewel doorlopend specifieke AML/CFT trainingen worden gevolgd, is er geen specifiek uitgeschreven profiel/standaard qua benodigde actuele kennis en vaardigheden voor een AML/CFT toezichthouder. Er zijn wel vier (4) personen AML/CFT gecertificeerd (FIBA)”, concludeert de NRA.

More
articles