‘Hoefdraad heeft Bankwet doelbewust vertrapt’

De procureur-generaal (PG) Roy Baidjnath Panday heeft gisterochtend tijdens de strafzaak tegen de gewezen minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, een strafdossier van veertig pagina’s en een strafeis van twaalf jaar, aan het Hof van Justitie gepresenteerd. De voortzetting van deze strafzaak zal plaatsvinden op 11 maart 2021. Tegen Hoefdraad is een gevangenisstraf van twaalf jaar en een geldboete van SRD 500.000 subsidiair of twaalf maanden hechtenis geëist.

De PG stelde, dat Hoefdraad misbruik heeft gemaakt van zijn bijzondere positie als minister van Financiën. Zo stelde de PG, dat Hoefdraad de Centrale Bank van Suriname (CBvS) heeft misleid. Volgens het relaas van de PG, heeft Hoefdraad ‘’de Bankwet doelbewust vertrapt’’. In het kader daarvan stelt hij, dat een strafrechtelijk financieel onderzoek van belang is. Dit onderzoek zal volgens de PG, duidelijkheid brengen in het strafproces.

Uit het strafdossier kan worden geconcludeerd, dat Hoefdraad de veroorzaker is van de huidige financieel-economische situatie. Het is volgens de PG, duidelijk dat Hoefdraad op eigenbelang uit was. “Hoefdraad was slechts op geld uit.

Ook scheen Hoefdraad op de hoogte van alles te zijn”, citeerde de PG uit verklaringen van getuigen. De PG is van mening dat gelet op de feiten waaraan Hoefdraad zich schuldig heeft gemaakt, hij geen lichte straf moet verwachten. “De strafeis moet passend en geboden zijn”, aldus de PG.

Procureur-generaal Baidjnath Panday heeft tijdens de zitting tal van bewijsmiddelen opgesomd, ook die van de gewezen vicepresident Ashwin Adhin. Volgens de verklaring van Adhin, is Hoefdraad niet met toestemming van hem, de toenmalige president Desiré Bouterse en de Raad van Ministers, overgegaan tot de verkoop van onroerende goederen.

More
articles