PG eist 12 jaar tegen Hoefdraad

Tegen de voortvluchtige ex-minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, heeft procureur-generaal (PG) Roy Baidjnath Panday, vanmorgen twaalf jaar gevangenisstraf geëist. Ook is er een boete geëist van SRD 500.000 subsidiair of twaalf maanden hechtenis. Daarnaast heeft de PG aangegeven, dat er ook een strafrechtelijk financieel onderzoek tegen de gewezen minister moet komen.

Hoefdraad werd eind vorig jaar gedagvaard voor de behandeling van zijn strafzaak bij het Hof van Justitie.  Hij wordt onder meer verdacht van oplichting, verduistering, overtreding van de Wet Money Laundring, ambtsverduistering en het overtreden van de Anti-corruptiewet en de Bankwet. Hoefdraad die al geruime tijd niet meer gesignaleerd is op Surinaamse bodem, is niet persoonlijk op de zitting verschenen, maar werd vertegenwoordigd door zijn advocaten Irene Lalji en Murwin Dubois.

De PG heeft vandaag tijdens de zitting van het Hof van Justitie, het strafvoorstel gepresenteerd en heeft de bewijsstukken opgesomd tijdens zijn requisitoir. Het gaat hierbij om bezwarende verklaringen die afgelegd zijn tegen de verdachte. Een van de verklaringen is die van ex-vicepresident Ashwin Adhin, die verklaarde dat Hoefdraad geen toestemming van hem had, noch van de gewezen president Desiré Bouterse en de Raad van Ministers (RvM), om over te gaan tot de verkoop van ‘overheidsgebouwen’. De eerste tranche voor de panden van de staat, bedroeg ongeveer SRD 377 miljoen op 28 juni 2019. Hoefdraad had het geld al ontvangen, terwijl de toestemming van de RvM pas kwam op 15 november 2019. De PG heeft vandaag ook de gevangenneming gevraagd van Hoefdraad.

Vanmorgen heeft de PG bij de opening van de zitting, gevraagd om wijzigingen in de tenlastelegging van de tijdstippen waarop de strafbare feiten zijn ten laste gelegd te brengen, zonder dat hij aan de kwalificatie en het feitenrelaas komt. Volgens de PG is het hem opgevallen bij het schrijven van het requisitoir, dat in drie van de zes strafbare feiten is vermeld een of meer tijdstippen in de periode juni 2019 tot september 2019, althans in het jaar 2020 te Paramaribo. Per abuis staat vermeld 2020, dat moet zijn 2019. De PG vraagt het jaartal 2019 te wijzigen in 2020. Naar aanleiding van de opmerkingen van de PG, hebben de advocaten van Hoefdraad, Irene Lalji, Frank Truideman en Murwin Dubois, gevraagd om een uitstel zodat zij zich kunnen voorbereiden op de wijziging. Het Hof heeft toen de raadslieden een uur de tijd gegeven om zich voor te bereiden op de wijziging.

More
articles