‘Beleid vorige regering zou resulteren in hoge koers en verdere inflatie’
In het Crisis- en Herstelplan (CHP) van de regering, staat dat de begrotingsmaatregelen bij elkaar SRD 4.7 miljard opleveren aan inkomsten en besparingen in 2021, terwijl de maatregelen van het sociaal vangnet 3,1 miljard kosten. Daarnaast wordt er SRD 3 miljard uitgegeven aan overige maatregelen en projecten.
‘Er is geen quick fix voor de financieel-economische problemen waarin Suriname zit, maar met goed beleid komen wij er wel uit na enige tijd. Daarbij moeten de resultaten van het beleid afgezet worden tegen de situatie waar geen nieuwe maatregelen getroffen worden (de baseline). De voortzetting van hetzelfde beleid van de vorige regering, zal leiden tot een ongekend hoge koers in de komende jaren, welke gepaard gaat met een hoge inflatie (CPI). Het is overduidelijk dat de koopkracht van de burger hiermee enorm zal afnemen. Dit is dus geen optie en tevens de belangrijkste reden dat het beleid over een andere boeg gegooid moet worden’, aldus het CHP.
Uitvoeren van het CHP zal ervoor zorgen dat de economie zich op termijn weer herstelt. In 2021 blijft de inflatie nog hoog, maar daarna daalt die beneden de 10 procent. Het bbp (GDP) daalt in 2021 nog (-2%), maar een stuk minder dan in 2020 (-13,2%) en vanaf 2022 zal er weer een lichte groei zijn. De lopende rekening van de betalingsbalans is positief in de periode tot en met 2023 en vertoont daarna een klein tekort, vanwege de toename van buitenlandse investeringen. De deviezenreserve van de Centrale Bank stijgt gestadig. De koers van de Surinaamse dollar (SRD) blijft vanaf 2022 vrijwel stabiel. Het begrotingstekort neemt fors af van -17,6 procent in 2020 en slaat in 2023 zelfs om in een klein overschot. De rentebetalingen en schuldaflossingen worden vanaf 2021 tot beheersbare proporties teruggebracht. De schulden, uitgedrukt in procent van het bbp, dalen tot onder de 100 procent in 2021 en onder de 60 procent in 2024. Volgens de regering bestaat het nieuwe beleid uit een aantal noodzakelijke maatregelen die getroffen moeten worden om de neergang van de economie, met name de hoge parallelle wisselkoers en de inflatie te stoppen, maar daarnaast ook een aantal andere grote problemen aan te pakken, waaronder het enorme schuldenvraagstuk en de overheidsbegroting in balans te krijgen.
Daarnaast moet de overheid ruimte en voorwaarden scheppen voor de particuliere sector om zich goed te ontwikkelen door meer bedrijvigheid, meer bedrijven, meer productie, meer export en daardoor ook meer werkgelegenheid in de particuliere sector.
In totaal zijn er 140 maatregelen en projecten die binnen het kader van het CHP uitgevoerd moeten worden in de komende twee tot drie jaar, waarbij een extra inspanning in 2021 geleverd moet worden. Deze maatregelen en projecten zijn voor een deel besproken met het Internationaal Monetair Fonds (IMF), voornamelijk de fiscale (begrotingsbeleid) en monetaire maatregelen/projecten, omdat vooral deze moeten zorgen voor de stabilisatie van de economie. De maatregelen van het sociaal vangnet zijn ook aan het IMF voorgehouden. De overige maatregelen en projecten zijn niet met het IMF besproken zijn, doch deze zijn van belang om de economie en de samenleving te herstellen.