PROVOCATIE TEN TOP

We hebben het in vorige edities reeds erover gehad, wat de urgentie  van het kabinet Santokhi is, om zo kort na zijn aantreden, al te komen met het voornemen om nog binnen de huidige regeertermijn van 5 jaar, een brug over de Corantijn te bouwen, om zo bij te dragen aan de totale ontsluiting van het noordelijk gedeelte van dit continent. Niet slechts door dit medium is er gelijk op gewezen, dat een brug over de Corantijn, gezien onze enorme financiële problemen van het moment, alles behalve prioriteit dient te genieten. We moeten maar eerst volgens de mening van velen, zien hoe we een urgentieprogramma ter herstructurering van onze economie uitvoeren en er eveneens voor zorgen, dat we van de enorm drukkende schuldenlast op de staat Suriname, zien af te komen. Los van het feit dat we momenteel niet goed in staat zijn, behoorlijk een olierekening te voldoen en bijvoorbeeld politievoertuigen niet eens normaal bijgetankt kunnen worden en er ook enorme problemen zijn binnen de medische zorg, rijst gelijk de vraag onder welke voorwaarden er eventueel een burg over de Corantijn zal worden gebouwd. De brug zal Suriname en Guyana verbinden, het land waar we in het verleden alleen maar narigheid en nadeel van hebben ondervonden, en dat niet als betrouwbaar kan worden gezien. Een land dat op verschillende momenten territoir van ons afhandig heeft gemaakt. Eerst via een list van de Engelsen in de koloniale tijd en daarna via geweld in 1969. Een land wiens onderdanen met de regelmaat van de klok, onze visgronden plunderen en de vangst grotendeels in Guyana afzetten.

Voorts willen we het niet eens hebben over de illegale houtkap op onze rechteroever van de Corantijn door Guyaanse houtrovers. Nu wenst onze regering coûte que coûte over te gaan tot het bouwen van een brug over de Corantijn, die voor de volle 100 procent onze rivier is en dus tot ons grondgebied behoort.

Tot op heden is het niet duidelijk gemaakt door de regering Santokhi, wat voor afspraken er zullen worden gemaakt met de listige Guyanezen, over de jurisdictie die zal moeten gelden over de nog te bouwen oeververbinding. Onder geen beding zulllen de Guyanezen enige zeggenschap binnen de jurisdictie van een te bouwen brug mogen hebben. De brug indien die komt, zal immers op Surinaams grondgebied, komen te staan. Maar ook over de kwestie van de door de Guyanezen in 1969 militair gegijzelde Tigri Delta, zal moeten worden gesproken tussen de regering van Santokhi en die van Ali in Guyana. We kunnen onmogelijk de andere kant opkijken en doen alsof onze neus bloedt om vervolgens overeenkomsten voor de bouw van een brug gaan tekenen, zolang de kwestie Tigri niet naar bevrediging is beproken en opgelost.

Wat zeker niet door de beugel kan en worden getolereerd, is dat er een brug komt, waarbij de Guyanezen een financiële inbreng hebben en daarmede dan ook kunnen bepalen over de jurisdictie van een brug die over ons territoir zal lopen. Het zit de Guyanezen al decennialang dwars dat de Corantijn een volledige Surinaamse rivier is die ze niet zonder toestemming van onze  autoriteiten, kunnen bevaren. Daarom moeten we de brug alleen bouwen, zonder enige bemoeienis en financiële inbreng van de Guyanezen. Het zijn immers onbetrouwbare gasten, die wederom bereid zijn ons de zoveelste loer te draaien en wederom van ons te profiteren.

Dit keer zal het dan gaan om toegang tot de Corantijn, zonder goedachting van Paramaribo. Dat men niet bereid is tot dialoog over de Tigri Delta, is dezer dagen wederom bewezen door de lancering op het internet van een foto, waarop een landkaart wordt getoond door het Guyanese staatshoofd en de Tigri Delta op demonstratieve wijze wordt gepresenteerd als onlosmakelijk Guyanees grondgebied. Deze foto die het Guynanese staatshoofd demonstratief plaatste, moet zonder meer als een provocatie aan ons land gezien worden. Wij van dit medium, zullen het kabinet Santokhi het hoogst kwalijk nemen, indien ons staatshoofd op 25 november, de dag van onze staatkundige onafhankelijkheid, alsnog overgaat tot het ondertekenen van documenten die het bouwen van een brug over de Corantijn, moeten bezegelen. De gehele gemeenschap wacht op een nadere uitleg van dit kabinet over hoe het precies zit met de bouw, de termijn van realisering, de jurisdictie, de financiering, en natuurlijk niet te vergeten, de kwestie Tigri. Zolang dat allemaal niet netjes en tot bevrediging van de gehele gemeenschap is geregeld, kan er onmogelijk een brug naar Guyana worden gebouwd. Zaken in achterkamertjes gaan zitten concretiseren, zal door ons en velen als landverraad worden gezien. En daar zal zeker groot protest op volgen.

More
articles