De boothouders die de route Commewijne – Paramaribo viceversa onderhouden, zijn hedenochtend in actie gegaan wegens achterstallige betalingen. Het gaat om de subsidiegelden over het jaar 2019 en 2020 die zij deels nog moeten ontvangen van de overheid. “Moeten we altijd eerst protesteren voordat wij ons geld kunnen krijgen. De laatste twee keren was het zo, dat wij pas nadat wij geprotesteerd hadden, onze gelden ontvingen “, aldus de teleurgestelde boothouder Kiran Soekhoe. Wat deze groep ook nog dwars zit is, dat alhoewel er een samenscholingverbod is van maximaal 50 personen, de bussen en boten hun werkzaamheden nog steeds niet mogen hervatten. “In een bus kunnen er maximaal 32 personen en in een boot kunnen totaal 25 personen, dus waarom mogen wij niet werken”, zei Soekhoe.
Martin Atencio van Strei!, die de actie van de bushouders ondersteunde, zegt dat het nooit eerder is voorgekomen dat een assembleelid zijn salaris laat heeft ontvangen.
“Waarom moet het dan zo lang duren voordat de kleine man kan beschikken over zijn geld.” Atencio vindt dat de voorzitter van de Belangen Organisatie Veerboten Commewijne (BOVC) niets doet voor de doelgroep. Hij is van mening dat Ann Sadi politiek heeft bedrijft met de belangen van de organisatie. “Ze heeft de leden voorzien van een pakket en een 500 SRD, maar de mensen zitten zeven weken thuis zonder werk.” Volgens hem zijn de gelden, die de boothouders ontvangen hebben van 2018 en de tegemoetkoming voor de dagen dat zij thuis zaten, slechts een dekking voor de zeven weken. “Zij hadden verwacht dat zij een heel pakket zouden krijgen”, aldus Atencio.
De boothouders willen concreet weten, wanneer zij hun geld zullen ontvangen. “Wij verwachten niet dat het na 25 mei pas geschiedt, zoals Ann Sadi dat heeft voorgesteld en zei dat alles goed komt. Niets komt goed”, zei Atencio.