De afgelopen weken voerde de Surinaamse Bankiersvereniging (SBV) slepende onderhandelingen met de directie van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) met als doel de vreemde valuta kasreserves, veilig te stellen. De CBvS tracht al vanaf het begin van de gesprekken een vrijwaringsclausule op te nemen in het contract, dat de lokale banken al weken getekend proberen te krijgen voor de zogeheten “ringfencing” van de vreemde valuta kasreserve. Een vrijwaringsclausule zou in deze situatie een zogeheten “disclaimer” zijn in de vorm van een korte tekst, waarin het directieteam, de Raad van Commissarissen en de minister van Financien, hun aansprakelijkheid in deze bepaalde risicohoudende aangelegenheid, afwijst of beperkt. Naar wij vernemen, heeft de vrijwaringsclausule een enorme waarde voor het directieteam van de Central Bank, want zolang zij de clausule niet terug zien in het contract, willen zij niet tekenen, waardoor de terugbetaal afspraken vastgelegd zijn voor de “gebruikte” kasreserves van de burgers. De redactie heeft vernomen, dat de banken tijdens de moeizame onderhandelingen aan de directie van de CBvS hebben gevraagd waarvoor zij vrezen, als zij niet onrechtmatig hebben gehandeld.
De lokale banken hebben al eerder gesteld, dat zij deze onderhandelingen met de Centrale Bank ervaren als langzaam en frustrerend. Het traject om te komen tot tekenen van het contract, ondervindt continue stagnatie, sinds de ondertekening van de gezamenlijke term sheet op 25 januari jongstleden. Voor de bankiers was het opstellen van het contract na de overeenstemming van de term sheet een werkelijke lijdensweg. Dit is vooral te merken aan de reacties die me-diawerkers kregen vanwege de bankiers. Dit contract zou ervoor zorgen, dat de “gebruikte” kasreserve, on-der de juiste voorwaarden terug wordt be-taald. De onderhandelingen van de bankiers met de CBvS duren nu al langer dan twee maanden, waarbij beide partijen ge-zamenlijk een “ringfence” plan hebben op-gemaakt. Deze zaak speelt sinds 25 januari 2020 toen de SBV op de hoogte werd gebracht, dat de met de CBvS gemaakte afspraken over het beheer van de vreemde valuta kasreservegelden, niet waren nagekomen. De banken hebben in de media meerdere malen hun verontwaarding en misnoegen geuit, dat zij maandenlang zijn misleid door met name de gewezen Go-vernor, Robert van Trikt, met onjuiste en onvolledige informatie. De status van de vreemde valuta kasreserve, is vanaf zondag 26 januari uitvoerig besproken in werkvergaderingen. De aanwezige liquide kasreserves bleken USD 100 miljoen lager te zijn dan het bedrag dat de banken bij de CBvS hadden geplaatst. Volgens de SBV moest er 426 miljoen USD aan kasreserve bij de CBvS zijn, maar er bleek maar 330 miljoen USD te zijn. De SBV heeft daarom maatregelen afgedwongen om het verschil op te vangen, waarbij er een duurzame inkomstenstroom van USD 36 miljoen per jaar, als zekerheid vastgesteld is. Even-eens onderzoekt de SBV met haar juridisch adviseurs om rechtsmaatregelen te treffen tegen de hoofdverantwoordelijke, zoals het doen van aangifte of het starten van een rechtszaak als verdere maatregel, om herhaling in de toekomst te voorkomen.