Als er in de praktijk systematisch meer SRD moet worden betaald voor de vreemde valuta (USD) neemt de waarde van onze munt af. Indien dat ook door de monetaire autoriteit (CBvS) wordt afgekondigd spreekt men van devaluatie, anders spreekt men van depreciatie van de munt. Volgens de definitie is devaluatie een waardevermindering van de nationale munt (SRD) t.o.v. buitenlandse munt (US$) uitgevoerd door monetaire autoriteiten in een systeem van vaste wisselkoersen.
Wanneer er sprake is van flexibele wisselkoersen, wordt de koersvorming volledig vergelaten aan vraag en aanbod. Monetaire autoriteiten grijpen niet in als de koers verandert waardoor er automatisch een nieuw betalingsbalansevenwicht ontstaat.
Devaluatie is niet hetzelfde als depreciatie, maar beide termen verwijzen naar een daling van de waarde van een valuta ten opzichte van een andere valuta. Welke naam de Governor er ook aan wil geven, volgens de definitie is er sprake van depreciatie en dé facto is de waardedaling van de munt door introductie van een Trading fee door CBvS een verkapte devaluatie.
Wanneer de officiële koers voor één US dollar 7,52 dollar bedraagt en deze veranderd in SRD 8.00 dan is er sprake van een depreciatie van ongeveer 48 SRD cent, oftewel 7%. Men kan dus minder US dollars kopen voor hetzelfde aantal SRD’s. De VES plaatst vraagtekens bij de Trading fee van 7%, welke zonder enige uitleg wordt ingevoerd. Het lijkt er op dat het dient ter bestendiging van een systeem van meerdere koersen, hetgeen slecht is voor onze economie.
Vraag en Aanbod
De wisselkoers van een munt komt tot stand door vraag en aanbod op de valutamarkt. Onder de valutamarkt verstaan we het geheel van vraag naar en aanbod van buitenlandse valuta, let wel niet van een deelmarkt. Vragers op de vreemde valutamarkt zijn alle partijen die de valuta nodig hebben om in het buitenland iets te kunnen kopen of hun huishuur in valuta te betalen. Aanbieders op de valutamarkt zijn alle partijen die vreemde valuta hebben verdiend en iets in ons land willen kopen. Daarvoor moeten zij hun vreemde valuta’s aanbieden om de benodigde SRDs te verkrijgen. Veranderingen in de koers van een valuta worden veroorzaakt door veranderingen in vraag en/of aanbod van die valuta.
In Suriname is er al geruime tijd sprake van onvoldoende vreemde valuta, met name USD, om aan de vraag te kunnen voldoen. Dat is ook de reden van de vele restricties om valuta te kopen en om je eigen valuta die je in vertrouwen aan jouw bank hebt gegeven weer in contanten op te nemen. De diverse drogredenen die banken hanteren (vb dat ze het giraal verkeer willen stimuleren) ten spijt.
Door onduidelijke allocatie van de verdiende deviezen zijn er verschillende deelmarkten voor vreemde valuta ontstaan en is het systeem van vaste wisselkoersen verlaten en bestaan er meerdere wisselkoersen naast mekaar. Naast de centrale bankkoers van SRD 7,52 is er de Chotelal koers van SRD 7,85, de bankenkoers SRD 8.00 (incl. trading fee), de cambiokoers SRD 8.60 en de illegale straatkoers. Dit systeem van bewust gecreëerde meervoudige koersen leidt per definitie tot corruptie en verrijking van enkele geprivilegieerden die wel toegang tot goedkope valuta hebben. Het optreden van een “derde monetaire autoriteit” die klaarblijkelijk de regie voert, geeft geen transparantie en ondergraaft de autoriteit van de CBvS.