Twintig organisaties die gekant zijn tegen de wetswijzing van de Wet op Staatsschuld, hebben zich gebundeld. Nu de wetswijziging afgelopen vrijdag is aangenomen door De Nationale Assemblee (DNA), is de bundeling aan het afbrokkelen. Het is niet duidelijk wat er precies zal gebeuren, nu de wetswijziging een feit is. De organisaties hebben afgelopen donderdag een petitie ingediend bij het parlement waarin verzocht werd om niet mee te gaan met de wetswijziging. Mocht dit toch gebeuren, dan zou er niet geschroomd worden om over te gaan tot straatacties.
Strei! is begonnen met het protesteren voor het parlement. Gulshan Alibux, bestuurslid van Strei!, zegt desgevraagd aan De West, dat de partij sinds vrijdag intern aan het bespreken is wat de volgende stap zal zijn. Vandaag zal er een besluit worden genomen over hoe verder te gaan. “Wat de andere partijen hebben beslist, weten wij niet”, zegt hij. Met de andere politieke partijen heeft Strei! niet veel contact. Alibux heeft het gevoel dat er weinig draagvlak is. “Ik kan het aan het verkeerde eind hebben”, aldus het bestuurslid. Tot nog toe is er ook geen gezamenlijke vergadering met alle twintig organisaties in planning.
C-47-voorzitter Robby Berenstein, zegt het tegenovergestelde. Hij geeft aan dat partijen nog steeds bereid zijn om te strijden, maar eerst moet er een vergadering komen om het actiemodel te bepalen. Berenstein legt uit dat het speelveld De Nationale Assemblee is, omdat wetten gewijzigd en gemaakt worden in het parlement. Nu de wet is aangenomen, kan deze alleen door het parlement gewijzigd worden. “Straatacties zijn niet altijd het juiste middel”, zegt de vakbondsman. De petitie-indiening wordt geëvalueerd, waarna er nog deze week een vergadering komt.
Vast staat volgens Berenstein, dat er gewerkt moet worden aan de bewustwording van mensen over de diepgang van de wijzing van de Wet op de Staatsschuld. Hij zegt dat met de petitie getracht is om het parlement zover te krijgen niet mee te gaan met de wijziging. Hij had gehoopt dat met de twintig partijen die een groot deel van de samenleving vertegenwoordigen, dat zou lukken.
-door Johannes Damodar Patak-