Tegen Romano Meriba werd er op 30 augustus aangifte gedaan ter zake zware mishandeling en ontvoering. Meriba zou samen met ene Stanga en nog twee andere mannen, G.P. vijf dagen lang in een appartement hebben vastgehouden en mishandeld, omdat G.P. volgens hen een koffer met daarin cocaïne zou hebben ontvreemd. Volgens verklaring van G.P is hij sinds 15 augustus in Suriname en is hij door Stanga ondergebracht in een appartement, waar hij ook handgeld van hem kreeg. Het slachtoffer gaf aan dat hij Stanga vanuit Neder-land kent en in Suriname is om drugs voor hem te vervoeren. G.P. zou de drugs in opdracht van Stanga vervoeren naar Nederland. G.P. zou de koffer met drugs pas onderweg naar Albina krijgen. Op 25 augustus vertrok G.P. richting Albina, maar hij verklaart de koffer nooit te hebben ontvangen. Hij vertrok verder richting Frans-Guyana, waar hij niet kon inchecken, omdat zijn naam niet voorkwam op het vliegschema. Hij keerde terug en werd bij de controlepost te Stolkertsijver aangehouden, omdat hij niet over een stempel uit Frans-Guyana in zijn paspoort beschikte, waarop hij terugkeerde. Hij vertelde Stanga wat hem was overkomen. Deze zou boos hebben gereageerd en om rekenschap hebben gevraagd betreffende de koffer met cocaïne. Stanga belde toen Meriba op, die na 10 minuten op de plek verscheen en eveneens vroeg naar de koffer.

Aan G.P werd toen gezegd dat ze hem zouden afmaken als hij ze niet kon vertellen waar de koffer was, waarop hij ze opnieuw het verhaal vertelde. Stanga geloofde het verhaal niet en belde toen zijn broer die even later ook op het adres kwam. Meriba werd vergezeld door een andere man. De vijf mannen hielden G.P. vijf dagen vast en mishandelden hem zwaar.
G.P. heeft als gevolg van de mishandeling onder andere een armfractuur opgelopen. Bronnen dichtbij het slachtoffer verklaren dat familieleden van Meriba, 30.000 euro aan G.P. moet hebben betaald om de zaak in te trekken, waarop Meriba werd vrijgelaten.