Op straat, op bijeenkomsten en op sociale media, geven veel mensen nu al te kennen dat zij bij de eerstvolgende verkiezingen in 2020, uit ontevredenheid niet naar de stembus zullen gaan. Politiek analist Hardeo Ramadhin, geeft als reactie dat stemmen belangrijk is om verandering te brengen in de situatie waarin ons land zich bevindt. Mensen kunnen steen en been klagen, maar er kan, zo zegt hij, alleen een verandering komen wanneer mensen naar de stembus te gaan. Niet gaan stemmen betekent volgens hem dat het huidige beleid wordt ondersteund en dat er ruimte wordt gegeven om het voort te zetten.
“Wij zijn een vergeetachtig volk”, zegt Ramadhin, die van mening is dat wij heel snel vergeten welke zaken zich in het verleden hebben afgespeeld.
Hij neemt als voorbeeld de periode 1991 tot en met 2000, toen Jules Wijdenbosch als president en als vicepresident heeft gefungeerd en citeert oud-parlementariër Frank Playfair: “Als hij (Wijdenbosch) naar het gebouw van Financiën kikt, vliegen de dollars uit het gebouw.’’ De huidige machthebbers bleken volgens hem toen al niet met geld te kunnen omgaan. Ramadhin zegt dat tijdens de kapitaalcoup in 1996 waarbij VHP’ers en KTPI’ers zijn overgelopen, werd de regering Wijdenbosch/ Radhakishun gevormd. Tot 2000 hebben zij volgens hem alleen schulden weten te maken, totdat het Nieuw Front het overnam. Vanaf 2010 zitten we volgens Ramadhin in dezelfde situatie als in de periode 1991 tot en met 2000, waarbij elke burger vanwege het beleid van de regering, met een schuld van SRD 32.000 rondloopt.
In 2015 hebben van de 353.031 kiesgerechtigden, 265.909 kiezers hun stem uitgebracht. Dit is ongeveer 75 procent. 25 procent heeft niet gestemd. Ramadhin geeft aan dat er verschillende redenen zijjn waarom mensen niet stemmen, bijvoorbeeld op vakantie zijn, geen stemkaart hebben, dubbel geregistreerd staan of gewoon niet zijn gaan stemmen. Er is volgens hem altijd een groep die wegblijft. Voor de verkiezingen in 2020, roept Ramadhin een ieder op om gebruik te maken van zijn stemrecht, vooral als men verandering in het beleid wil.
-door Johannes Damodar Patak-