Pistool ontvreemd

De inmiddels veelbesproken majoor K. van het Nationaal Leger (NL), is in de afgelopen maanden meerdere malen op negatieve wijze in het nieuws verschenen met betrekking tot zaken die mis gaan bij het NL en het daarbij faciliteren van zijn familie. Uit een betrouwbare bron vernemen wij, dat deze majoor doorgaat met het misbruiken van ondergeschikte militairen. Militairen van Faya Blo worden volgens onze bron verplicht om naar detachering te gaan, zonder dat zij vergoed worden, terwijl er geld in vreemde valuta voor bewaking wordt geïnd bij skalianhouders die op het stuwmeer opereren. Indien een lid van Faya Blo weigert om naar een dergelijke detachering te gaan, wordt deze bedreigd door de majoor in kwestie, die zegt dat militairen die weigeren, naar de infanterie zullen worden gestuurd om met een peloton naar een militaire detachering te gaan. De bron geeft aan, dat een militair geen opdracht mag weigeren, anders wordt het gezien als weigering van een dienstopdracht.

Pistool buitgemaakt

Voorts vernemen wij dat een pistool op vreemde en bedenkelijke wijze is buitgemaakt van een militair die op wacht was bij een bekende parlementariër op 22 maart 2017 om 17:45u. Naar wij vernemen vond de militair die op wacht was, het heel vreemd dat hij werd afgelost door een andere militair die hij nooit eerder had gezien.
De echtgenote van de parlementariër heeft volgens de verklaring van de militair, gezien dat de oorspronkelijk op wacht zijnde militair het dienstwapen met bijbehorende munitie correct heeft overgedragen. Het pistool is daarna verdwenen. Ons werd gemeld dat om 18:05u de wachtcommandant van de nachtdienst werd gebeld door de soldaat die daadwerkelijk op schema stond voor de nachtdienst bij de parlementariër, met de mededeling dat erop dat moment niemand op de post was voor de nachtdienst om afgelost te worden.
Onze bron verklaarde, dat de militair die de dagdienst had, vervolgens werd opgeroepen voor verhoor bij de MP-brigade. Op 23 maart werd hij heengezonden door de Militaire Politie (MP), nadat hij werd voorgeleid met als opgave dat er geen reden was om hem langer vast te houden. De bron verklaarde dat majoor K. de jonge militair daarna meedeelde niet naar huis te mogen gaan tot nader order. Echter gelukte het de militair om zijn vriendin te contacten met het verzoek een advocaat in zijn belang in de arm te nemen. De militair van de dagdienst had namelijk het pistool volgens de regels overgedragen. Onze bron is van mening dat dit soort excessen zullen blijven voorkomen zolang men allerlei straatjongens in dienst blijft nemen en op bepaalde posten wacht laat houden. Dit gebeurt, omdat de bovengenoemde majoor, gelden kan blijven innen over de ruggen van jonge militairen. De bron zegt ook dat het opmerkelijk is dat K. dagelijks voor een selectieve groep militairen voeding en drank koopt. Het vermoeden bestaat bij onze bron dat de financiële middelen niet uit de zak van de majoor komen.