Oppositie wil onderzoek overtreding Wet op Staatsschuld

Leden van de oppositie hebben in een brief aan procureur-generaal mr.Roy Baidjnath Panday gevraagd om een onderzoek in te stelllen naar overtreding van de Wet op Staatsschuld. Volgens de parlementariërs heeft de huidige minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, onvoldoende en onduidelijke informatie verstrekt aan het parlement, waardoor een redelijk vermoeden bestaat dat in strijd met de onderhavige wet is gehandeld.

De brief luidt als volgt:

‘Geachte heer Procureur-Generaal,

Hierbij verzoeken ondergetekenden uw aandacht voor het volgende.

Conform artikel 25 leden 1 en 2 van de Wet op de Staatsschuld ( SB 2002 no. 27, zoals gewijzigd bij S.B. 2016 no. 63) is opzettelijke en niet-opzettelijke overtreding van de artikelen 4 lid 1, 5 lid 2, 12 lid 1 en 20 leden 1 en 2 van diezelfde wet, strafbaar gesteld.

Volgens de Memorie van Toelichting bij dit artikel, heeft de wetgever gesteld dat de ernst van deze strafbare feiten een diep geschonden vertrouwen met zich mee brengt, dat gesteld was in de betreffende minister of de gewezen bewindsman dan wel bewindsvrouwe. Het is bekend dat deze Wet op de Staatsschuld volgens haar Memorie van Toelichting, beoogt onder andere duidelijkheid te verschaffen met betrekking tot de omvang en de samenstelling van de staatsschuld. Daarnaast dat bewindslieden gebonden worden aan een strakke begrotingsdiscipline en dat de totale Staatsschuld gebonden wordt aan normen, die verband houden met mogelijkheden, die de economie biedt.

Helaas blijkt dat in de afgelopen periode de huidige Minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, onvoldoende en onduidelijke informatie heeft verstrekt aan De Nationale Assemblee, waardoor een redelijk vermoeden bestaat dat in strijd met de onderhavige wet is gehandeld. Dit vermoeden wordt ernstig versterkt door de informatie welke ter algemene kennis was op de officiële website van het Bureau op de Staatsschuld per eind september en met de hierna aangegane leningen alsmede de bekendgemaakte leningen die niet geregistreerd waren. Hierdoor kan gevoeglijk worden aangenomen dat het obligoplafond overschreden is. Voorts zijn de procedures met betrekking tot registratie van documenten van aangegane schulden kennelijk niet conform de artikelen 6 en 7 van de wet geschied, aangezien De Nationale Assemblee geen stukken heeft ontvangen, die opgevraagd zijn conform de wet, ter verantwoording van deze middelen. Verder blijkt dat de regering uitgaven heeft gedaan zonder dat die zijn begroot en goedgekeurd bij wet, derhalve in strijd zijn met de Grondwet.

Uit deze feiten en omstandigheden blijkt dat er redelijk vermoeden bestaat dat er strafbare handelingen, zoals genoemd in de onderhavige wet gepleegd zijn, hetgeen een diepgaand onderzoek rechtvaardigt.

Ondergetekenden naderen u beleefd, doch dringend, te willen bevorderen dat een diepgaand onderzoek wordt ingesteld en hen terzake te berichten’.

De brief is ondertekend door:

Chandrikapersad Santokhi, Asishkumar Gajadien, Paul Somohardjo, Carl Breeveld, Gregory Rusland, Marinus Bee, Krishna Matoera, Edward Belfort, Riad Nurmohamed, Dinotha Vorswijk en Patricia Etnel.

More
articles