Het jaar 2016 zit er bijna op en we weten allemaal wat het ons gebracht heeft. Nog ruim een maand te gaan en we luiden het nieuwe jaar 2017 in. In retrospect kijken wij niet met plezier en voldoening naar 2016. Het werd een jaar van kommer en kwel dat gepaard ging met opeenvolgende devaluaties van onze SRD ten opzichte van de dollar en een inflatie die maakte dat alles in prijs verdubbelde. Daar tegenover stond dat de werkende klasse er in de meeste opzichten niet op vooruit ging, omdat de werkgevers door een steevast dalende omzet niet langer in staat bleken hun werknemers beter te belonen. Een van de grootste boosdoeners was de overheid die wel gebruik maakte van de diensten, aangeboden door de particuliere sector en ook goederen deed aanleveren, maar doodgewoon niet betaalde voor de diensten, en de goederen. Veel bedrijven die hadden geleend om de productie gaande te houden en op te voeren, kwamen in de grootste problemen met bankinstellingen. Minstens één bankinstelling was dan ook genoodzaakt verlies over het eerste kwartaal van 2016 te rapporteren. De overheid kwam financieel steeds verder in de knoei, omdat haar uitgaven veel groter bleven dan de inkomsten. Het is thans zo erg gesteld met deze overheid dat ze overall in het krijt staat, zowel intern als extern. Ze is niet in staat een klimaat te scheppen dat tot investeringen aanmoedigt en daardoor glijden we steeds verder af naar een totale economische en financiële misère. Het IMF, waarmede Lanti een overeenkomst is aangegaan voor structurele hervormingen van de staatshuishouding, heeft inmiddels laten weten geen geld meer voor de Centrale Bank over te maken alvorens de Staat zich houdt aan hetgeen ze met hem is overeengekomen. Als het IMF er in de samenwerking met een land de brui aan geeft, dan zullen andere geldschietende instanties in het buitenland ook pas op de plaats maken en de verzoeken van Suriname voor leningen afhouden. De minister van Financiën moet ons geen knollen voor citroenen trachten te verkopen door te stellen dat behalve het IMF, er nog andere instellingen bereid zullen worden gevonden Suriname financieel te ondersteunen. Misschien zal Hoef-draad nog wel geldschietende instanties kunnen vinden, maar tegen welke rente en welke aflossingstermijn? Voordelig zullen zulke leningen zeker niet zijn. In het verleden en wel onder het beheer van ene HOG op de Centrale Bank van Suriname, zijn er ook leningen gepleegd bij banken in het buitenland, maar dan wel tegen zeer onvoordelige voorwaarden en de rentetarieven waren moordend voor dit land. De regering Bouterse II denkt door leningen ontwikkeling in dit land te zullen kunnen bewerkstelligen. Verschillende economisten in dit land hebben deze denkwijze resoluut als amateuristisch en niet steekhoudend van de hand gewezen. En toch wenst dit kabinet door te gaan op deze heilloze weg. Economisten aangesloten bij de VES, hebben steevast aangegeven dat productieverhoging en wel gericht op de export, het enige is dat het land zal kunnen redden. Met de export verdien je harde valuta en dan komt economisch herstel vanzelf. Maar deze regering boezemt zeer zeker geen vertrouwen in bij de investeerder, of die nou in Suriname of daarbuiten vertoeft. En terwijl de regering Bouterse maar blijft aanmodderen en zich laat leiden door totaal verkeerde adviezen van beunhazen die het in het verleden al zo vreselijk verbruid hebben, stevenen we geleidelijk aan af op een catastrofe. De wisselkoersen zijn nog steeds niet stabiel en brengen elke bedrijfsvoering in groot gevaar. Ook het plannen van productie en eventuele investeringen komt niet op gang omdat de wisselkoersen niet stabiel zijn. Wisselkoersen, die eerder de tendens hebben verder te stijgen dan stabiel te blijven of te dalen, halen de lust om in dit land nog wat de initiëren helemaal weg. Het is dan ook geen wonder dat momenteel vrijwel alles stil staat en er geen aanwijzingen meer zijn tot progressie. Een land dat geplaagd wordt door koopkrachtverlies, stagneert aan alle kanten en brengt economische activiteiten over de gehele linie in gevaar. En dat moet de regering Bouterse maar gaan onderkennen. Een heel jaar lang heeft ze zitten klungelen en ze heeft het einde van het jaar bereikt door ad hoc besluiten te nemen. En terwijl ze zo voortsukkelt met niet deugend beleid, gaan steeds meer bedrijven over de kop en verliezen steeds meer mensen hun werk. Het komende jaar wordt volgens de voorspellingen van het IMF een jaar met een negatieve groei van zeker 9 procent. Hoefdraad beweert dat we een positieve groei van maximaal 2,5 procent zullen zien. Waar de man deze wijsheid vandaan haalt, weet Joost. Tot nog toe heeft hij ons alleen maar dieper begraven onder buitenlandse schulden die in de vele honderden miljoenen belopen en kan hij ons ook niet aangeven hoe wij uit deze absurde schuldenlast zullen geraken. Wij zijn er dan ook van overtuigd dat meneer Leigh van het IMF ons de waarheid heeft voorgehouden, een man die er geen enkel voordeel bij heeft ons voor te liegen. Hoefdraad heeft dat echter wel. Hij moet ervoor zorgen dat wij nog geloof hechten aan NDP-verhaaltjes die ons tot nog toe alleen maar ellende hebben opgeleverd.