De Vooruitstrevende Hervormings Partij (VHP) is zeer ingenomen over de beleidsintenties die de president gisteren heeft gepresenteerd tijdens de uiteenzetting van de jaarrede van het te voeren beleid 2016, welke plaatsvond in De Nationale Assemblee (DNA). Chandrikapersad Santokhi, voorzitter van de VHP, zegt vol tevredenheid, dat zeker 21 van de beleidskwesties die de VHP had gepresenteerd aan de regering, zijn opgenomen. De partijvoorzitter heeft aandachtig geluisterd naar de president en deelde zijn bevindingen, inzichten en commentaar met betrekking tot de presentaties. De VHP- voorzitter zegt bewust te hebben gekozen om in de oppositie te gaan, omdat het volk zich heeft uitgesproken op 25 mei jongstleden en de VHP geen regeermacht heeft gegeven.

Santokhi merkt dat in ieder geval de toon van de regering veranderd is en dat de regering nu open staat voor samenwerking en dialoog. “Dat was anders de afgelopen regeerperiode”. Een ander aspect waarin hij verandering merkte, is dat de regering ervan bewust is dat er geen verspillingen meer moeten plaatsvinden. “Er moet een eind komen aan beleid van verspilling.” Dit is volgens de voorzitter een lesson learned voor deze regering. Toch had Santokhi graag een evaluatie gehad met betrekking tot de afgelopen regeerperiode. Uit de evaluatie zou blijken, dat niet alleen de internationale crises (terugval wereldmarktprijs van olie en goud) zoals de president dat noemde, de oorzaken zijn die hebben geleid tot de kritieke financiële situatie waarin we nu zitten, maar dat het te maken heeft met onbehoorlijk bestuur: verspillend beleid dat is gevoerd en het achterwege blijven van aanpak van corruptie. “De regering moet blijven evalueren om te zorgen, dat de negatieve gevolgen niet zodanig zal zijn, dat bedrijven zullen moeten sluiten of dat werkloosheid en armoede zal ontstaan of dat gezinnen hun financiële huishoudens niet onder controle kunnen houden, vanwege de verhoogde prijzen.”

Een ander aandachtspunt van Santokhi betreft de randvoorwaarde die de regering heeft gesteld voor een duurzame ontwikkeling. De president noemde daarbij klimatologische veranderingen die zullen leiden tot verhoging van de zeespiegel. Volgens Sanhokhi kan de regering dit niet alleen bereiken. De regering zou samen met betrokken organisaties in Suriname en het parlement ernaar moeten streven om voor zulke vraagstukken niet slechts voor een nationale aanpak te gaan, omdat het land het niet alleen kan betalen. De VHP-voorzitter adviseert in dit kader een regionale aanpak, omdat de hele regio wordt bedreigd. Er zouden meer landen betrokken moeten worden om gezamenlijk te praten over wat de bijdrage en maatregelen zullen zijn regionaal en welke maatregelen afzonderlijk door het land getroffen moet worden. Santokhi meent dat de randvoorwaarden die de regering stelt ook niet compleet zijn en hamert er onder meer op dat uitvoeringscapaciteit heel belangrijk is.

Voorts gelooft de politicus niet dat onze soevereiniteit wordt bedreigd, zoals de president verklaarde. “De regering moet gewoon zorgen voor nationale eenheid, een natie vorming en geen politiek voering, waarbij bepaalde leiders gestigmatiseerd zijn zoals de afgelopen jaar”, is de kritiek. Over het energiebeleid geeft de regering aan, terecht meer aandacht te zullen besteden aan schone energie, waterkracht, zonne-energie en biomassa. Dit is goed geluid voor de VHP-voorzitter, alleen stoort hij zich aan de regering die die het Tapajai-project in het binnenland stop heeft gezet, terwijl het een kans was om dit goede project te continueren. “Het is belangrijk dat de regering zelf correcties pleegt. Alles dat ze hebben gedaan met de waterkrachtprojecten en bio- energie: ze laten zelf zien dat er verkeerde besluiten zijn genomen.”, aldus de VHP-voorzitter.

De wijziging van de Grondwet, met nadruk op het kiesstelsel was overigens de eerste eis van de VHP. De VHP is nog steeds ontevreden over de wijze waarop er gewerkt is tijdens de afgelopen verkiezing.

In de regeringsverklaring wordt de aanpak van corruptie niet besproken. “De afgelopen periode heeft dit aspect zich in verschillende sectoren, bedrijven afgespeeld en toch gaat de president niet er op in. Dit geeft bij de samenleving een verkeerd signaal”, wordt opgemerkt. Corruptiebestrijding is opgenoemd in de jaarrede van de president, maar niet in de verklaring van de president. Daarom roept Santokhi de regering op om corrigerend te zijn en dit alsnog te doen.

Om de economie weer te stabiliseren, zou er een crisisplan moeten komen. Santhokhi eist transparantie over de inkomsten. Als de prijzen verhoogd worden, zouden er voldoende inkomsten moeten zijn en moet dit ook aan de samenleving uitgelegd worden.

Vóór de verkiezingen heeft de regering aangegeven, dat armoede haar grootste vijand is. Nu verwacht DNA een aanpak van deze armoede. “Dit zou de regering structureel moet aanpakken, maar dat is uitgebleven”, merkt Santokhi op en hij spreekt de hoop uit, dat het alsnog behandeld wordt.

Met betrekking tot de mijnbouwsector is Santokhi zeer ontevreden over de wijze waarop de regering informatie heeft verschaft en hoopt dat het parlement meer betrokken zal worden, zodat de overeenkomst met de multinational aangepast kan worden. Het gaat om milieubelangen, arbeidsbelangen en ook continuïteit van de mijnbouwsector. “Vooral als het gaat om concessiegebieden moet de president meer in details gaan”. Santokhi noemde als voorbeeld het Marowijnegebied, het Nassaugebied, status van de arbeiders en welke resultaten uit de onderhandelingen zijn bereikt. Maar ook over de ingebruikname van de Staatsolie raffinaderij, moet met name met betrekking tot het financiële gedeelte meer informatie gedeeld worden.

Een ander punt dat Santokhi aanhaalt is, dat als de goudproductie eind 2017 op gang komt, er ook rekening gehouden moet worden met de ontwikkeling die zich in de wereld voordoet.

door Kimberley Fräser