Diasporabeleid moet onderdeel ontwikkelingsbeleid zijn

Wil Suriname de hulpbronnen uit de diaspora doelgericht aanwenden, dan dient zij eerst na te gaan aan welke hulpbronnen zij behoefte heeft en onder welke voorwaarden die betrokken kunnen worden. Het diasporabeleid dient onderdeel te zijn van een geïntegreerd ontwikkelingsbeleid waarin immigratie positief en als een kans wordt gezien en niet als een bedreiging. Dit werd gisteravond betoogd door Amarnath Birdja, die ter afronding van de masteropleiding ‘Macroeconomic Analysis and Policy’ zijn afstudeerthesis ‘Diaspora en economische groei: de mogelijke bijdrage van de Surinaamse diaspora aan de economische groei’, verdedigde. Birdja maakte duidelijk, dat de betrokkenheid van de diaspora organiseren een politiek proces is, echter zal dat niet gebeuren door er alleen over te praten, maar door ook besluiten te nemen. Hij beval onder meer aan een vervolgonderzoek naar de organisatie van de diaspora, waarbij nagegaan wordt wat er nodig is voor de uitvoering. Er is zonder meer veel empirisch onderzoek nodig, gekeken moet worden naar de beste praktijken van landen, eventueel zouden onder meer bezoeken moeten worden afgelegd aan landen.

Birdja concludeerde tevens, dat mensen uit de Surinaame diaspora kunnen worden aangetrokken waarbij ons land zou kunnen profiteren van geschoolde arbeid en import van expertise, bijvoorbeeld medische specialisten, ervaren managers en politici. Tevens kunnen diaspora talenten fungeren als rolmodel, gedacht moet worden aan onder meer sporters (Clarence Seedorf), kunstenaars, cabaretiers (Jörgen Raymann) en omroepers (Humberto Tan). Een belangrijk aspect is voorts de toeristische besteding van diaspora en overmakingen voor productiviteit en een componennet voor de consumptie. Er geschiedt een belangrijke toename van de deviezen door overmakingen en toeristische bestedingen. In zijn afstudeerpresentatie belichtte Birdja onder andere: bestedingen uit de Surinaamse diaspora, de effecten van de diaspora en de knelpunten naar de ontwikkeling van een diasporabeleid. Naar zijn zeggen, is de relevantie van zijn onderzoek geweest, dat Suriname een tekort aan productie – en uitvoeringscapaciteit heeft. Opties voor vermeerdering hiervan zijn: een efficiëntere aanwending van de binnenlandse productiefactoren, import van productiefactoren uit China, Brazilië of de diaspora.

More
articles