Als het gaat om transparantie en verantwoording binnen een regering, dan kan meteen de vraag gesteld worden ‘wie heeft hier het recht om te spreken?’ In de huidige politieke dialoog klinkt de roep om goed bestuur en transparantie luid, vooral vanuit de oppositie. De Nationale Democratische Partij (NDP) voert daarin het hoogste woord met beschuldigingen aan het adres van de huidige regering.
Echter, gezien de eigen trackrecord gedurende haar tienjarige regeerperiode, roept deze kritiek vooral vragen op over haar geloofwaardigheid en zelfreflectie. De NDP spreekt nu over een gebrek aan transparantie en verantwoording binnen de huidige regering. Dit zijn legitieme punten, die ook door burgers breed gedragen worden. Echter, een blik op hun eigen regeerperiode onthult een pijnlijk gebrek aan deze waarden. Sterker nog, er was toen sprake van structurele ondoorzichtigheid in financieel beleid, een verwaarlozing van checks and balances en een ‘ano mi of mi no sabi’-houding, ten opzichte van de samenleving. Onder de NDP-regering werd Suriname geconfronteerd met economische wanorde. Beleidsbeslissingen waren vaak niet gericht op de lange termijn, en cruciale publieke middelen verdwenen als sneeuw voor de zon zonder duidelijke verantwoording. Over de honderden leningen gaat Keerpunt het nog niet eens hebben. Er is weinig tot geen bewijs dat men in die jaren prioriteit gaf aan goed bestuur. Het gebrek aan financiële discipline en de groeiende schuldenberg spreken boekdelen. Hoewel kritiek op de huidige regering noodzakelijk is, kan deze alleen constructief zijn, als het uit een geloofwaardige bron komt. Voor de NDP, die decennialang een sleutelrol speelde in de Surinaamse politiek, zou zelfreflectie en erkenning van eigen fouten, een krachtiger boodschap zijn dan vingerwijzen. De vraag blijft: wat heeft de partij geleerd van haar eigen verleden? De huidige regering kan zich niet verschuilen achter fouten uit het verleden, haar beleid staat terecht ter discussie. Maar evenzo moet de oppositie, in dezen de NDP, zich realiseren dat ze niet met een schone lei spreekt. Het Surinaamse volk verdient een politiek landschap waarin transparantie niet alleen een eis is, maar ook een gedeelde verantwoordelijkheid. Goed bestuur en transparantie zijn geen loze termen, maar fundamenten waarop een gezonde democratie rust. Voor politieke partijen die deze waarden prediken, begint geloofwaardigheid bij introspectie en verantwoording over hun eigen geschiedenis. De NDP zou er goed aan doen zichzelf een spiegel voor te houden voordat zij deze waarden als speerpunt van haar kritiek presenteert. Het Surinaamse volk heeft recht op beter bestuur, van zowel de regering als de oppositie.