Parlementariërs hebben gisteren tijdens de behandeling van de Wet Rechtspositie Rechterlijke Macht en de wetten Geldelijke Voorzieningen President en Vicepresident, Ministers en Onderministers en gewezen leden van De Nationale Assemblee, de vraag gesteld of de behandeling van deze wetten, momenteel prioriteit geniet. Cheryll Dijksteel, VHP-parlementariër en voorzitter van de commissie van rapporteurs, legde door middel van een presentatie uit, waarom de wetten die om en bij dezelfde opbouw hebben, nu behandeld worden. Zij wees erop dat de geldelijke voorziening van de drie machten volgens de grondwet in een wet geregeld moet worden. ‘’Echter worden de voorzieningen voor de rechterlijke macht sinds de onafhankelijkheid en tot nu toe, via staatsbesluiten aangepast’’, aldus Dijksteel.
Zij wees erop dat de geldelijke voorzieningen van de rechterlijke macht, de financiële voorzieningen van de drie staatsmachten, gesynchroniseerd moeten worden. ‘’De synchronisatie is terecht. Maar er moet gemeten worden of er een achterstand is in de perceptie en hoe groot deze is.‘’ Dijksteel voerde aan dat bij de discussie, de loskoppeling van de ambtenarij aan de orde is gekomen. Zij legde uit, dat er met deskundigen is gediscussieerd over de geldelijke voorzieningen van leden en gewezen DNA-leden. Ook is er gediscussieerd over het incorporeren van non-activiteit vanwege het lidmaatschap van DNA. ‘’Partijen moeten goed nadenken over het niveau van de kandidaten die gesteld worden voor de verkiezing van DNA’’, aldus Dijksteel. De synchronisatie zal als voorlopige voorziening voor een structurele oplossing gezien worden, door onderzoek te doen naar de drie staatsmachten.
Op basis van dat onderzoek zullen de voorzieningen in balans tegenover elkaar gesteld worden.
Verschillende parlementariërs vinden de synchronisatie oneerlijk. Melvin Bouva (NDP) zei dat er gekeken wordt naar de synchronisatie van financiële voorzieningen van de drie staatsmachten, terwijl ambtenaren niet rondkomen. Hij stelde dat het onkan is dat de regering zichzelf accommodeert, terwijl de coalitie een andere benadering heeft. ‘’Er moet zowel verbetering komen in de positie van de rechterlijke macht en de wetgevende macht, want ook wij zijn gebukt gegaan onder die enorme wanorde en het wanbeleid van de regering die voor vele devaluaties heeft gezorgd. Dit is niet het moment om dit te doen.‘’ Andere parlementariërs vielen Bouva bij, en zeiden eveneens dat het momenteel niet het juiste moment is om deze voorzieningen door te voeren, terwijl ambtenaren niet rondkomen.
Ronny Asabina (BEP) wees erop, dat het belangrijke van deze wetten is orde en structuur bij de geldelijke voorzieningen van de machten. Asabina voerde aan, dat deze wetten slechts een formalisatie zijn, omdat de geldelijke voorzieningen van de rechterlijke macht reeds zijn ingegaan. Ook wees hij erop dat men niet alleen moet pleiten voor belangen van DNA-leden, maar voor die van alle ambtenaren en de werkers bij de private sector. ‘’Wel moet, nagegaan worden of de aanpassing voor DNA, de staat meer of minder zal kosten’’, aldus Asabina. Ebu Jones (NDP) zei niet tegen de aanpassing c.q. verhoging voor de rechterlijke macht te zijn, maar die van de DNA-leden zal een doorn in het oog zijn van de samenleving.
-door Orsilia Dinge-
